Annotatie
3 augustus 2020
Rechtspraak
Wegbeheerdersaansprakelijkheid (artikel 6:174 BW) – CROW-richtlijnen doorslaggevend?
Op 8 februari 2011 fietst eiser in deze zaak tegen een rood-wit verkeerspaaltje aan. Eiser gebruikt de CROW-richtlijnen om invulling te geven aan de eisen die redelijkerwijs aan (de weginrichting rondom) het paaltje mochten worden gesteld. Rechtbank Oost-Brabant hecht waarde aan de CROW-richtlijnen. De rechtbank komt tot de conclusie dat (de weginrichting rondom) het paaltje niet voldeed aan de eisen die men daaraan mocht stellen. De annotator gaat in op de rol van de CROW-richtlijnen in deze uitspraak.
1. Inleiding
Op 8 februari 2011 fietst eiser in deze zaak tegen een rood-wit verkeerspaaltje aan. Dit paaltje stond op het midden van een onverlicht verhard fietspad in de gemeente Son en Breugel. Rechtbank Oost-Brabant heeft zich uitgelaten over de aansprakelijkheid van de gemeente. De rechtbank oordeelt dat de gemeente op de voet van artikel 6:174 BW aansprakelijk is voor de schade van eiser. In deze noot besteed ik aandacht aan het gebruik van de CROW-richtlijnen bij de invulling van de aan (de weginrichting rondom) het paaltje te stellen eisen.
2. Aansprakelijkheid wegbeheerder
Ingevolge artikel 6:174 BW is de gemeente in beginsel aansprakelijk voor een weg die niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen en daardoor gevaar voor personen oplevert, indien dit gevaar zich verwezenlijkt. De aansprakelijkheid van de gemeente als beheerder van de onderhavige openbare weg dient te worden beoordeeld aan de hand van de maatstaven die zijn ontwikkeld door de Hoge Raad in zijn arrest van 17 december 2010 (HR 17 december 2010, ECLI:NL:HR:2010:BN6236, NJ 2012/155, m.nt. T. Hartlief (Wilnis); HR 4 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:831, NJ 2014/368, m.nt. T. Hartlief).
3. CROW
In wegbeheerdersaansprakelijkheidszaken beroepen partijen zich vaak bij de invulling van de aan de weginrichting te stellen eisen op veiligheidsmaatstaven die volgen uit de publicaties van het kennisplatform CROW. CROW is in hun eigen woorden ‘een van de partijen die ervoor zorgt dat in Nederland de infrastructuur, de openbare ruimte en het verkeer en vervoer goed is geregeld’ (Over CROW, Ede: CROW, www.crow.nl). De CROW-richtlijnen die uit de publicaties van CROW volgen, hebben geen wettelijke basis en houden geen wettelijke verplichting in. De CROW-richtlijnen hebben normaliter geen doorslaggevende betekenis in wegbeheerdersaansprakelijkheidszaken. De CROW-richtlijnen kunnen wél invulling geven aan de eisen die redelijkerwijs aan een weg kunnen worden gesteld. De CROW-richtlijnen kunnen met name van belang zijn voor het kwalificeren van de fysieke toestand van een weg (zie ook: P. Oskam & J.S. Overes, ‘De juridische status en het gebruik van CROW-richtlijnen bij wegbeheerdersaanpsprakelijkheidszaken’, VR 2015/60).
4. Uitspraak Rechtbank Oost-Brabant
Eiser in deze zaak stelt dat het paaltje (en dus de openbare weg) niet voldeed aan de eisen die men daaraan mocht stellen. Eiser onderbouwt zijn stelling met behulp van de CROW-Fietsberaad publicatie 27 (Evaluatie aanbevelingen voor palen op fietspaden, Ede: CROW-Fietsberaad 2014, www.fietsberaad.nl). Eiser wijst erop dat het een smal paaltje betreft. De CROW-richtlijn concludeert namelijk dat een grotere diameter van een paal bijdraagt aan de opvallendheid van een paal. Eiser wijst er verder op dat het witte deel van de paal slechts een klein deel ten opzichte van het rode deel van de paal betrof. De CROW-richtlijn vermeldt hierover dat de helft van de paal wit moet zijn en de andere helft rood moet zijn. Eiser wijst er daarnaast op dat de locatie rondom het paaltje en het paaltje zelf niet waren verlicht. De CROW-richtlijn geeft aan dat op donkere locaties zonder openbare verlichting ledverlichting een must is. Tot slot wijst eiser erop dat het paaltje niet werd ingeleid met zichtbare en voelbare ribbelmarkering op het wegdek om fietsers voor het paaltje te waarschuwen. Volgens de CROW-richtlijn kan het belang van een goede inleidende markering niet voldoende worden benadrukt. Een goede inleidende markering waarschuwt fietsers immers tijdig voor palen. De gemeente verweert zich hiertegen en stelt dat zij geen rekening kon houden met de CROW-fietspublicatie uit 2014, omdat het ongeval in 2011 is gebeurd. Verder stelt de gemeente dat de richtlijnen van CROW geen verplichtingen voor de gemeente met zich brengen. Op de richtlijnen van CROW met betrekking tot palen gaat de gemeente verder niet in.
De rechtbank gaat (grotendeels) mee in de argumenten van eiser. De rechtbank overweegt dat het paaltje niet was verlicht en op een onverlichte locatie stond. De rechtbank overweegt verder dat het paaltje geen inleidende ribbelmarkering had. Volgens de rechtbank had de gemeente moeten kiezen voor een inleidende ribbelmarkering indien verlichting geen optie was. De rechtbank overweegt daarbij dat het belang van een inleidende ribbelmarkering ook vóór 2011 werd benadrukt door CROW. De rechtbank voegt daaraan toe dat de gemeente grote waarde zou moeten hechten aan de richtlijnen van CROW. Dat het belang van een inleidende ribbelmarkering vóór 2011 werd benadrukt, is juist. Al in 1993 gaf CROW richtlijnen voor de vormgeving van paaltjes (Tekenen voor de fiets. Ontwerpwijzer voor fietsvriendelijke infrastructuur, Ede: CROW 1993, par. 8.4.1). CROW gaf in 1993 al aan dat paaltjes moeten worden ingeleid met ribbelmarkering. Ook gaf CROW in 1993 al aan dat plaatsen waar paaltjes staan, goed verlicht moeten zijn.
5. Conclusie
De CROW-richtlijnen lijken van doorslaggevende betekenis in deze uitspraak. Eiser gebruikt de CROW-richtlijnen om invulling te geven aan de eisen die redelijkerwijs aan (de weginrichting rondom) het paaltje mochten worden gesteld. Eiser verwijst naar een publicatie van CROW die is uitgebracht na het ongeval. Ondanks het voorgaande overweegt de rechtbank dat CROW ook vóór het ongeval richtlijnen heeft opgesteld voor de vormgeving van paaltjes. De rechtbank komt tot de conclusie dat de gemeente niet aan deze richtlijnen voldeed en (de weginrichting rondom) het paaltje dus niet voldeed aan de eisen die men daaraan mocht stellen.