Naar boven ↑

Update

Nummer 3, 2018
Uitspraken van 16-01-2018 tot 22-01-2018
Redactie: Mr. H. Vorsselman, mr. drs. I. van der Zalm, mr. Y. Bosschaart en J. Stulp.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.


Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, welke zijn opgenomen onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.

Vorderingen jegens de aansprakelijkheidsverzekeraar van de ouders van Tristan van der V. afgewezen. Reaal is erin geslaagd tegenbewijs te leveren tegen het bewijsvermoeden dat Tristan was meeverzekerd onder de verzekering van zijn ouders.
In het tussenvonnis (PS 2017-0519) is reeds geoordeeld tot afwijzing van de vorderingen jegens de ouders en Vivat. Bij dit tussenvonnis is Reaal, de aansprakelijkheidsverzekeraar van de ouders, toegelaten tot het leveren van tegenbewijs tegen het bewijsvermoeden dat Tristan op 9 april 2011, de dag van het schietincident, was meeverzekerd onder de aansprakelijkheidsverzekering (AVP) van zijn ouders. De rechtbank (PS 2018-0062) oordeelt dat de verzekeraar daarin is geslaagd. Reaal heeft namelijk een verklaring van de ouders en een verklaring van de assurantietussenpersoon van de ouders in het geding gebracht. Deze verklaringen zijn volgens de rechtbank van voldoende gewicht om te kunnen gebruiken als tegenbewijs. De assurantietussenpersoon heeft verklaard dat hij op het moment dat Tristan in 2005 op zichzelf ging wonen een aparte aansprakelijkheidsverzekering bij Nationale Nederlanden heeft afgesloten voor hem. Na overleg met de ouders, heeft de tussenpersoon vervolgens verzocht de dekking van de verzekering terug te brengen tot gezinsdekking zonder kinderen. De ouders van Tristan bevestigen dit verhaal van de tussenpersoon. De vorderingen jegens de aansprakelijkheidsverzekeraar van de ouders worden daarom afgewezen.

Toekenning immaterile schadevergoeding van 10.000 vanwege optreden van werkgever tijdens langdurig arbeidsconflict, ondanks ontbreken van aanwijzingen voor aantasting van de persoon.
De onderzoeksjournalist is in 1998 als freelancer en later als vaste journalist in dienst getreden bij de VPRO. Hij heeft onderzoek gedaan naar een fotorolletje van doodgeschoten moslims dat in 1995 in Srebrenica door een Dutchbatter was gemaakt en vervolgens bij het ontwikkelen in Nederland was mislukt. De vraag was of het ministerie van Defensie de fotos met opzet of per ongeluk had vernietigd. De journalist kwam na een reconstructie tot de conclusie dat sprake was van een menselijke fout bij het ontwikkelen van het fotorolletje en dat sprake was van een doofpotaffaire. In 2015, twintig jaar na de val van Srebrenica, wil de VPRO een jubileumuitzending maken. Daarbij wordt aan de onderzoeksjournalist wederom gevraagd om een reconstructie te maken van de ontwikkeling van het fotorolletje. Uiteindelijk is door de eindredactie besloten om de reconstructie niet op te nemen in het programma. Hierop is een langdurig arbeidsconflict ontstaan en partijen vorderen in deze procedure gezamenlijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
De kantonrechter (PS 2018-0063) oordeelt dat er geen aanleiding is om in de billijke vergoeding een immaterile component te verdisconteren. Er is namelijk onvoldoende aangevoerd om vast te stellen dat sprake is van een aantasting van de persoon in de zin van artikel 6:106 BW. Ondanks de afwijzing van de immaterile schadevergoeding blijft naar het oordeel van de kantonrechter wel ruimte over voor een immaterile vergoeding, omdat het optreden van de werkgever in het conflict dit rechtvaardigt. Voor de hoogte van deze vergoeding zou geen aansluiting moeten worden gezocht bij de in Nederland toegekende bedragen voor smartengeld, maar eerder bij, vanwege de bij de berekening van de billijke vergoeding optredende verbondenheid met het loon van de werknemer, hogere bedragen aldus de kantonrechter. Een bedrag van 10.000 is naar het oordeel van de kantonrechter gerechtvaardigd.


Nieuws
De afgelopen week verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.


Literatuur
Sinds het verschijnen van de vorige nieuwsbrief zijn verschillende signaleringen onder literatuur geplaatst. Zie ook het overzicht onderaan deze nieuwsbrief.


Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de personenschadepraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.


Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps.updates@law.eur.nl.


Met vriendelijke groet,

Siewert Lindenbergh, Ilona van der Zalm Marit Rijndorp
PS Updates



Literatuur
Sinds het verschijnen van de vorige nieuwsbrief zijn de volgende signaleringen onder literatuur geplaatst.

R. Giard H. Merckelbach, De ene deskundige is de andere niet. Hoe de rechter empirisch gefundeerd bewijs kan waarderen, Nederlands Juristenblad 2018/140, afl. 3.

A.J.J.G. Schijns, Naar een verzekerd slachtofferrecht: onderzoek naar effectief schadeverhaal van slachtoffers van misdrijven via het private verzekeringsrecht, Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade 2017, afl. 4, p. 99-106.

K.L. Maes, Over de zoektocht naar en de grenzen van secundaire aansprakelijkheid na het schietincident in Alphen aan den Rijn, Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade 2017, afl. 4, p. 120-128.

J.S. Overes, De inschatting van het hypothetisch carrireverloop: tussen idealisme en realisme. HR 17 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:273 (Molenaarszoon), Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade 2017, afl. 4, p. 129-134.

Hof

Rechtbank