Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
Annotaties
Graag wijzen wij u op de volgende verschenen annotatie.
Annotatie mr. Y. (Yoni) Bosschaart: De Hangmat-jurisprudentie vervolgd.
Uit het Imagine-arrest van de Hoge Raad volgt dat artikel 6:179 BW geen risicoaansprakelijkheid vestigt jegens personen die de hoedanigheid van medebezitter van het dier hebben. In die zaak was sprake van een aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven. Aan het Hof Den Haag is de vraag voorgelegd of de rechtsregel uit het Imagine-arrest ook geldt wanneer de aansprakelijk gestelde medebezitter van het dier beschikt over een koetsiersverzekering. In deze annotatie wordt het arrest van het hof vergeleken met de beschikking van de rechtbank in deze zaak en wordt besproken of de omstandigheden van het geval een ander oordeel dan in de Imagine-zaak rechtvaardigen.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, welke zijn opgenomen onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Ziekenhuis op grond van artikel 7:462 BW aansprakelijk wegens schending informatie- en zorgplicht arts bij aambeienbehandeling. Geen sprake van informed consent in de zin van de wet.
Eiseres heeft zich in het ziekenhuis door een arts laten behandelen aan aambeien. De arts heeft hierbij de zogenoemde PPH-procedure toegepast. Na deze operatie heeft eiseres problemen ondervonden en bij haar is het post-PPH-syndroom geconstateerd, wat betekent dat zij nu last heeft van diverse restklachten. De rechtbank (PS 2018-0666) overweegt dat op grond van de WGBO, zoals onder meer bepaald in artikel 7:448 BW, op de arts een informatieplicht rust jegens de patint. Ook acht de rechtbank het toestemmingsvereiste (informed consent) ex artikel 7:450 BW en het bepaalde in artikel 7:453 BW ter zake goed hulpverlenerschap van belang in deze zaak. Met de bevindingen van de deskundige is voldoende komen vast te staan dat in het onderhavige geval niet gezegd kan worden dat eiseres op basis van duidelijke en aldus deugdelijke informatie in de zin van artikel 7:448 BW toestemming (informed consent) ex artikel 7:450 BW heeft kunnen geven voor het toepassen van de PPH-methode bij haar behandeling. Daarnaast wordt op basis van de bevindingen van de deskundige als vaststaand aangenomen dat de door de arts bij eiseres toegepaste PPH-procedure ter behandeling van haar aambeien niet noodzakelijk was. Dat betekent dat de arts in kwestie gehandeld heeft in strijd met de norm van hetgeen een redelijk handelend en redelijk bekwaam beroepsgenoot betaamt. Doordat de arts jegens eiseres niet heeft voldaan aan zijn informatie- en zorgplicht n omdat geen sprake is van informed consent, geldt dat geconcludeerd kan worden tot een tekortkoming in de nakoming van de geneeskundige behandelingsovereenkomst waarvoor het ziekenhuis op grond van artikel 7:462 BW aansprakelijk is. De rechtbank gaat voorbij aan het causaliteitsverweer van het ziekenhuis en wijst de vordering van eiseres, te weten een voorschot van 15.000 op de in een schadestaatprocedure te begroten schadevergoeding, toe.
Deelgeschil. Kantonrechter: zorgplicht van werkgever (artikel 7:658 lid 1 BW) strekt zich tevens uit over trap en trappenhuis tussen 16e en 17e verdieping van het kantoorpand waarin werkgever is gevestigd.
Verzoekster was werkneemster bij Robidus, een financieel dienstverlener die gedurende een bepaalde tijd gevestigd was op de 16e en 17e etage van een kantoorpand. Verzoekster is een ongeval overkomen in het trappenhuis van dit kantoorpand, toen zij onderweg was naar een overleg met collegas en hiervoor gebruikmaakte van de trap die de 16e en 17e etage met elkaar verbindt. Verzoekster heeft hierdoor hersenletsel opgelopen. In dit deelgeschil verzoekt verzoekster de kantonrechter om vast te stellen dat er sprake is van een op Robidus rustende zorgplicht (artikel 7:658 lid 1 BW) jegens verzoekster ten aanzien van het gebruik van de trap in het trappenhuis van het kantoorpand. De kantonrechter (PS 2018-0667) is van oordeel dat de op grond van artikel 7:658 lid 1 BW op Robidus rustende zorgplicht zich inderdaad (ook) uitstrekt over de trap en het trappenhuis tussen de 16e en 17e verdieping van het kantoorpand. De trappen zijn immers enkel toegankelijk voor werknemers die beschikken over een druppel (sleutelsysteem) en deze druppels zijn aan het personeel van Robidus ter beschikking gesteld. De trap werd dan ook daadwerkelijk regelmatig door werknemers van Robidus gebruikt. Nu vaststaat dat verzoekster tijdens de uitoefening van haar werkzaamheden schade heeft opgelopen, is de aansprakelijkheid van Robidus in beginsel gegeven. De kantonrechter is van oordeel dat de vraag waar de zorgplicht van Robidus precies uit bestaat en of die zorgplicht is geschonden, buiten het bestek van dit deelgeschil valt.
Deelgeschil. Verzoek om voorschot op vergoeding van schade als gevolg van verkeersongeval in Zweden. Onderverdeling in schadeposten pain and suffering, costs caused directly by the incident en loss of income.
X (een Nederlandse man) heeft sinds een verkeersongeval dat hem in Zweden is overkomen last van fysieke en psychische klachten, waaronder een PTSS. De Zweedse verzekeraar (Forsikring) van de veroorzaker van het verkeersongeval heeft aansprakelijkheid erkend. In dit deelgeschil verzoekt X om Forsikring te veroordelen aan hem een bedrag van 20.000 te betalen als voorschot op de schadevergoeding. De schadevergoeding (en het voorschot) verdeelt X onder in drie schadeposten: pain and suffering, costs caused directly by the incident en loss of income. De rechtbank (PS 2018-0668) is van oordeel dat een voorschot kan worden toegekend vanwege pain and suffering. De definitieve mate van de beperkingen van X is nog niet vastgesteld, maar dat staat er niet aan in de weg dat er een vergoeding over een bepaalde periode wordt verstrekt, aldus de rechtbank. De rechtbank is voorts van oordeel dat de onder costs caused directly by the incident opgevoerde kosten slechts gedeeltelijk voor vergoeding bij wijze van voorschot in aanmerking komen, namelijk de fysiokosten, de kosten van het vervoer per ambulance in Zweden en de kosten voor het aanvragen van een invalidenkaart. Ten aanzien van de schadepost loss of income is de rechtbank van oordeel dat het verzochte voorschot moet worden afgewezen. Daartoe overweegt zij dat nog niet duidelijk is in welke mate en in hoeverre X als gevolg van het ongeval wordt belet om arbeid te verrichten. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat X op het moment van het ongeval geen inkomsten verwierf en niet (voldoende) inzichtelijk is of en zo ja, op welke wijze het Zweedse recht ruimte biedt voor een voorschot op (gestelde) schade wegens waardeverlies van de onderneming en verrekening van de AOV-uitkering die X ontvangt.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de personenschadepraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps.updates@law.eur.nl.
Met vriendelijke groet,
Siewert Lindenbergh, Ilona van der Zalm Merel van den Heuvel
PS Updates
Hof
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Strafrecht. Veroordeling voor ontucht met twee minderjarige jongens. Toewijzing immateriële schadevergoedingen aan slachtoffers: € 3.000 en € 2.000. Hof kent gewicht toe aan proceshouding verdachte, waarbij hij geen enkel inzicht heeft getoond in de ernst van de door hem begane strafbare feiten en hij daarvoor geen enkele verantwoordelijkheid heeft genomen. 17-08-2018
- Gerechtshof Amsterdam Strafrecht. Veroordeling voor zware mishandeling en openlijke geweldpleging door op straat het (voor verdachte onbekende) slachtoffer in diens wang, oor en arm te snijden met een mes. Hof schat de omvang van de immateriële schade op € 5.000, maar kan vordering slechts toewijzen tot een bedrag van € 3.875 nu dit het door de benadeelde partij gevorderde bedrag is. In het bijzonder is gelet op de ernst van het geweldsdelict en de grote, opvallende, buitengewoon ontsierende littekens in gezicht en op bovenarm van slachtoffer. 27-06-2018
Rechtbank
- Rechtbank Limburg Strafrecht. Veroordeling voor poging tot zware mishandeling door tijdens het uitgaan met kracht een glas en een glazen bierpul tegen de hoofden/in de gezichten van slachtoffers te slaan. Volledige toewijzing vorderingen immateriële schadevergoeding aan slachtoffers: € 3.500, € 4.000 en € 10.000. 22-08-2018
- Rechtbank Gelderland Strafrecht. Veroordeling voor poging tot zware mishandeling door na afloop van voetbalwedstrijd het slachtoffer tegen diens hoofd en nek te schoppen. Door benadeelde partij verzochte schadevergoeding is niet alleen gebaseerd op letsel waarvoor verdachte aansprakelijk is, maar is ook gevolg van kopstoot die het slachtoffer van een onbekende dader heeft gekregen. Verdachte kan daarom verantwoordelijk worden gehouden voor helft van de schade: toewijzing vordering tot € 1.144,49 (in plaats van € 2.288,98). 21-08-2018
- Rechtbank Noord-Nederland Strafrecht. Veroordeling voor ontucht met meerdere kwetsbare, minderjarige jongens (leeftijden variërend van 11 tot 16 jaar). Immateriële schadevergoedingen toegewezen aan slachtoffers: bedragen variërend van € 3.500 tot € 5.000. 16-08-2018
- Rechtbank Amsterdam Strafrecht. Veroordeling voor betrokkenheid bij de zware mishandeling van twee homoseksuele mannen op het Damrak. Toewijzing immateriële schadevergoedingen aan slachtoffers: € 2.500 en € 1.500 (slachtoffer 2 heeft aan de mishandeling minder ernstig letsel overgehouden dan slachtoffer 1). Rechtbank weegt mee dat de mishandeling plaatsvond vanwege de geaardheid van de slachtoffers, hetgeen een ernstige impact op hen heeft gehad. 15-08-2018
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Aansprakelijkheid ziekenhuis ex artikel 7:462 BW in verband met tekortschieten chirurg bij aambeienbehandeling waarbij PPH-procedure is toegepast. Jegens patiënte niet voldaan aan informatie- en zorgplicht en geen sprake van informed consent in de zin van de wet. Toepasselijke artikelen 7:458 BW, 7:450 BW en 7:453 BW. Toewijzing voorschot (€ 15.000) en verwijzing naar schadestaat. 15-08-2018
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Veroordeling voor zware mishandeling door met stanleymes in gezicht en op borst van slachtoffer te snijden. Ontsierende littekens. Benadeelde partij vordert € 4.000 ter vergoeding van immateriële schade, maar rechtbank houdt rekening met eigen aandeel van de benadeelde partij in de vechtpartij en wijst de vordering daarom slechts voor de helft toe. 14-08-2018
- Rechtbank Limburg Strafrecht. Veroordeling voor poging tot doodslag door het slachtoffer met een scherp voorwerp diep in zijn hals te steken. Gedeeltelijke toewijzing immateriële schadevergoeding aan slachtoffer: € 2.500, welk bedrag overeenkomt met letselcategorie 2 van het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Benadeelde partij niet-ontvankelijk ten aanzien van post gederfde inkomsten: onevenredige belasting van het strafgeding (vanwege onvoldoende onderbouwing). 14-08-2018
- Rechtbank Amsterdam Strafrecht. Veroordeling voor woninginbraken. Afwijzing vordering tot immateriële schadevergoeding. Gevoelens van onveiligheid en wantrouwen zijn onvoldoende om te spreken van een ‘andere aantasting in de persoon’ als bedoeld in artikel 6:106 BW. Daarbij moet eerder worden gedacht aan psychische gevolgen waarvoor behandeling geïndiceerd is en waarvan onderbouwing van een deskundige beschikbaar is. 08-08-2018
- Rechtbank Noord-Holland Deelgeschil. Werkneemster overkomt ongeval in trappenhuis van kantoorpand waarin werkgever op de 16e en 17e etage is gevestigd. Rechtbank verklaart voor recht dat de zorgplicht van de werkgever op grond van artikel 7:658 lid 1 BW zich tevens uitstrekt over de trap en het trappenhuis tussen de 16e en 17e verdieping van het kantoorpand. Oordeel over de vraag of werkgever deze zorgplicht is nagekomen valt buiten het bestek van dit deelgeschil. 01-08-2018
- Rechtbank Amsterdam Strafrecht. Veroordeling voor bedreiging en mishandeling van echtgenote. Benadeelde partij niet-ontvankelijk ten aanzien van schadeposten eigen bijdrage ziektekostenverzekering, kosten fysiotherapie en herinrichtingskosten voor het huis. Toewijzing immateriële schadevergoeding aan benadeelde partij: € 2.000. 27-07-2018
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Veroordeling van moeder en zoon voor het medeplegen van wederrechtelijke vrijheidsberoving en poging zware mishandeling. Vordering benadeelde partij niet-ontvankelijk wegens onvoldoende onderbouwing. 18-07-2018
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Veroordeling van moeder en zoon voor het medeplegen van wederrechtelijke vrijheidsberoving en poging zware mishandeling. Vordering benadeelde partij niet-ontvankelijk wegens onvoldoende onderbouwing. 18-07-2018
- Rechtbank Limburg Niet-advocaat rechtsbijstandverlener vordert betaling van facturen, onder meer te vermeerderen met een contractuele rente. Het beroep van gedaagde op dwaling omtrent het systeem van gefinancierde rechtsbijstand slaagt niet. Op een niet-advocaat rechtsbijstandverlener rust geen mededelingsplicht. 04-07-2018
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Veroordeling voor ontucht met stiefdochter. Volledige toewijzing vordering benadeelde partij ter vergoeding van immateriële schade: € 12.000. 17-05-2018
Uitspraken zonder ECLI
- Rechtbank Overijssel Advocaat die gedaagde gedurende twee jaar heeft bijgestaan in letselschadezaak vordert na vaststellingsovereenkomst tussen verzekeraar en ex-cliënt (die inmiddels een nieuwe rechtsbijstandverlener in de arm genomen had) van de verzekeraar de redelijke kosten voor de behandeling van de letselschadezaak en van de ex-cliënt het in het no cure no pay-contract overeengekomen bedrag. Vordering jegens verzekeraar afgewezen wegens gebrek aan rechtsverhouding tussen advocaat en verzekeraar; vordering jegens ex-cliënt toegewezen op grond van hetgeen is bepaald in de no cure no pay-overeenkomst. 2018-07-24
- Rechtbank Gelderland Deelgeschil. Whiplashachtige klachten na verkeersongeval. Maatstaf van plausibel klachtenpatroon. Het bestaan van de door verzoekster gestelde nekpijn, hoofdpijn, duizeligheid, slaapproblemen en snelle vermoeidheid acht de rechtbank plausibel vanwege consistente klachtenpatronen. Rechtbank acht bovendien causaal verband tussen deze klachten en ongeval aanwezig. Het bestaan van de overige door verzoekster gestelde klachten acht de rechtbank niet plausibel. 2018-07-24
- Rechtbank Overijssel Deelgeschil. Verzoek om veroordeling tot betaling voorschot (€ 20.000) op vergoeding van schade als gevolg van verkeersongeval in Zweden. Verzoek toegewezen voor zover dit betrekking heeft op de schadeposten ‘pain and suffering’ en (deels) ‘costs caused directly by the incident’. Verzochte voorschot ten aanzien van schadepost ‘loss of income’ afgewezen vanwege onvoldoende duidelijkheid over onder andere het ter zake geldende Zweedse recht. 2018-07-09
- Rechtbank Noord-Holland Verzoek om verzekeraar van ziekenhuis te gelasten mee te werken aan een deskundigenonderzoek naar letsel als gevolg van voetoperaties. Aansprakelijk gestelde ziekenhuis (verzekerde) is niet opgeroepen in deze procedure en daarmee is niet voldaan aan de in artikel 7:954 lid 6 BW neergelegde oproepverplichting. Poging van verzoekster om het verzuim te herstellen was niet tijdig. Volgt niet-ontvankelijkheid. 2018-07-26
- Rechtbank Oost-Brabant Arts heeft niet onzorgvuldig gehandeld jegens patiënt door Bio-Alcamid toe te dienen zonder antibiotica voor te schrijven terwijl eerder Aquamid was toegediend. Maatstaf redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot (arts). Rechtbank oordeelt dat de conclusie van de deskundige te veel is ingegeven door wetenschap achteraf en dat deze niet is gebaseerd op hetgeen in de periode waar het hier om gaat de stand van de wetenschap binnen de beroepsgroep van gedaagde was. 2018-08-01