Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
Nieuws
De afgelopen week verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, welke zijn opgenomen onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Organisator van buitenevenement aansprakelijk voor letselschade als gevolg van ongeval met springkussen op festivalterrein.
Op een festivalterrein waar een buitenevenement van WE Projects plaatsvond, bevond zich een attractie waarbij bezoekers een sprong van negen meter hoogte op een ondergelegen springkussen konden maken. Eiser heeft tijdens zijn bezoek aan het evenement deze sprong gemaakt en heeft hierbij letsel opgelopen, omdat hij op een leeglopend kussen terechtkwam. In deze procedure vordert eiser een verklaring voor recht dat WE Projects aansprakelijk is voor de door hem geleden en te lijden materile en immaterile schade. De rechtbank (PS 2018-0724) overweegt als volgt. Aan de hand van de Wilnis-criteria moet worden beoordeeld of de toren waar eiser vanaf sprong gebrekkig is. De rechtbank oordeelt dat sprake is van een gebrekkige zaak in de zin van artikel 6:173 BW, omdat het mogelijk was via een andere toegangstrap, zonder toezicht, toegang te krijgen tot het uitkijkplateau op negen meter en dit uitkijkdeel naar het springgedeelte enkel was afgescheiden door middel van een steigerpijp op heuphoogte waar overheen gestapt kon worden. WE Projects is dan ook op grond van artikel 6:173 BW in beginsel aansprakelijk voor de schade die eiser heeft geleden en lijdt als gevolg van het ongeval. Tevens is sprake van onrechtmatig handelen in de zin van artikel 6:162 BW. De rechtbank is wel van oordeel dat het doelbewust zonder toestemming over de afscheiding stappen, zoals eiser heeft gedaan, aanzienlijk heeft bijgedragen aan het ontstaan van de schade. De rechtbank is dan ook van oordeel dat zijdens eiser sprake is van 50% eigen schuld in de zin van artikel 6:101 BW.
Ongeval tijdens puppytraining. Eigenaar hond niet aansprakelijk, nu geen sprake is van onberekenbaar gedrag van het dier of toerekenbaar onrechtmatig handelen; eigenaar hondenschool niet aansprakelijk omdat sprake is van ongelukkige samenloop van omstandigheden en zij alle veiligheidsmaatregelen heeft genomen die van haar mochten worden verwacht.
Eiseres is tijdens een puppytraining door twee honden omver gelopen, als gevolg waarvan zij knieletsel heeft opgelopen. Eiseres stelt de eigenaar van een hond die tegen haar aanrende en de eigenaar van de hondenschool die de puppytraining organiseerde aansprakelijk. De rechtbank (PS 2018-0727) oordeelt als volgt met betrekking tot de eigenaar van de hond. Niet kan worden bewezen door welke hond eiseres omver is gelopen. Zelfs als het de hond van gedaagde is geweest die eiseres heeft geraakt, is gedaagde niet uit hoofde van zijn hoedanigheid als bezitter zonder meer aansprakelijk, maar moet sprake zijn van toerekenbaar onrechtmatig handelen (artikel 6:162 BW) jegens eiseres. Het ongeval is immers veroorzaakt kort voor of bij aanvang van de puppycursus in een hondenlosloopgebied en niet is gesteld of gebleken dat sprake is geweest van onberekenbaar gedrag van de hond in de zin van artikel 6:179 BW. De honden waren speels aan het rennen en ongelukkigerwijs is eiseres geraakt door een van de honden. Enig verwijt valt de hondenbezitter naar het oordeel van de rechtbank niet te maken, zodat hij niet aansprakelijk is. Met betrekking tot de aansprakelijkheid van de eigenaar van de hondenschool is de rechtbank van oordeel dat eiseres onvoldoende heeft onderbouwd waarom deze aansprakelijk zou zijn. Dat eiseres tijdens de training is geraakt door een van de honden en is gevallen, is een ongelukkige samenloop van omstandigheden, waarvan de schade niet op de eigenaar van de hondenschool kan worden afgewenteld. Gedaagde heeft verder onbetwist alle maatregelen voorafgaand aan de cursus getroffen die van haar met het oog op de veiligheid van de deelnemers aan de cursus mogen worden verwacht, nu de cursus zodanig is ingericht dat de honden pas na een aantal trainingen mee naar buiten worden genomen en het terrein vooraf is verkend op losliggende takken en oneffenheden.
Shockschade. Bij nabestaanden van vermoord meisje is sprake geweest van een directe confrontatie met de moord die een hevige emotionele schok heeft veroorzaakt. Deskundigenonderzoek gelast met betrekking tot de vraag of sprake is van geestelijk letsel.
De nabestaanden (ouders en broer) van een 15-jarig meisje dat in 2012 is vermoord, vorderen van de dader immaterile schadevergoedingen op grond van shockschade. Tevens vorderen zij vergoeding van de uitvaartkosten. De rechtbank (PS 2018-0747) is van oordeel dat de uitvaartkosten voor toewijzing vatbaar zijn, ondanks het feit dat de nabestaanden toentertijd een uitkering van het Schadefonds Geweldsmisdrijven hebben ontvangen voor deze kosten. Met betrekking tot de shockschadevergoedingen overweegt de rechtbank als volgt. De nabestaanden zijn direct geconfronteerd met de ernstige gevolgen van de moord op hun dochter en zus, nu zij na het overlijden keer op keer zijn geconfronteerd met nieuwe, gruwelijke en gedetailleerde informatie over de moord. De ontvangen informatie in combinatie met wat de nabestaanden wel en juist niet hebben gezien, maakt dat zij zich een duidelijk en specifiek beeld hebben kunnen vormen (en ook onvermijdelijk hebben gevormd) van de omstandigheden waaronder het slachtoffer om het leven is gebracht. Dat beeld is nadien, gedurende het strafproces, alleen maar versterkt. De rechtbank is tevens van oordeel dat de directe confrontatie bij de nabestaanden een hevige emotionele schok heeft veroorzaakt. De vervolgvraag die moet worden beantwoord is of bij de nabestaanden sprake is van geestelijk letsel als gevolg van de directe confrontatie met de ernstige gevolgen van de moord. Teneinde deze vraag te beantwoorden gelast de rechtbank een deskundigenonderzoek.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de personenschadepraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps.updates@law.eur.nl.
Met vriendelijke groet,
Siewert Lindenbergh, Ilona van der Zalm Merel van den Heuvel
PS Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof Den Haag Geïntimeerde heeft Reaal misleid door het doen van een onware schadeopgave; recht op uitkering vervalt. Uit het verrichte technisch onderzoek blijkt dat de geclaimde schade niet kan zijn veroorzaakt op de wijze als vermeld in het schadeaangifteformulier en getuigenverklaringen spreken elkaar op belangrijke punten tegen. Reaal heeft recht op vergoeding van onderzoekskosten en was gerechtigd de verzekeringsovereenkomst op te zeggen. 18-09-2018
- Gerechtshof Den Haag Geen sprake van geënsceneerde aanrijding, anders dan Delta Lloyd heeft aangevoerd. Dat onvoldoende reden blijkt te bestaan voor verdenking van fraude, betekent niet dat sprake is van aantasting van eer en goede naam. De vordering van € 2.500 aan immateriële schadevergoeding uit hoofde van artikel 6:106 lid 1 sub b BW wordt afgewezen. 18-09-2018
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Appellant is op staande voet ontslagen. Hieraan lag volgens het hof geen dringende reden ten grondslag. Appellant heeft recht op een billijke vergoeding uit hoofde van artikel 7:681 lid 1 sub a BW in verbinding met artikel 7:683 lid 3 BW. Het hof acht een bedrag van € 62.259,26 bruto, te vermeerderen met de wettelijke rente, billijk. Daarin is een vergoeding voor immateriële schade meegenomen. 13-09-2018
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Mishandeling. Voorshands bewezen dat geïntimeerde de dader is. Waardering van het geleverde tegenbewijs: in feite is niet meer beschikbaar dan de door geïntimeerde zelf als getuige afgelegde verklaring. Geleverd bewijs is daarmee in onvoldoende mate ontzenuwd. 11-09-2018
- Gerechtshof Den Haag Om arbeidsongeschiktheid definitief te kunnen vaststellen is onderzoek door deskundige nodig. Onjuist is de stelling dat in onderzoeksrapport nimmer conclusies ten aanzien van verleden kunnen worden getrokken. 11-09-2018
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Appellante is van een paard af gevallen. In het geschil is of de verzorgster houder of eigenaar van het paard is. Appellante is houder. Desalniettemin afwijzing vordering vanwege afwezigheid van bewijs van de schade en het eventuele causaal verband. 04-09-2018
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Ongeval met heftruck met beenletsel als gevolg. Schending zorgplicht door opdrachtgever; niet alleen werd onvoldoende toezicht gehouden op het naleven van de gegeven instructies rond het gebruik van de heftruck, maar het was in de praktijk ook gebruikelijk om daarmee in strijd te handelen. Veiligheidsinstructies hebben hun werking in de praktijk verloren. Hof laat opdrachtgever toe tot bewijslevering met betrekking tot opzet/bewuste roekeloosheid van de opdrachtnemer. 04-09-2018
- Gerechtshof Amsterdam Verzekeringsfraude bij arbeidsongeschiktheidsverzekering. Uit onderzoek van verzekeraar blijkt dat in openbare publicaties is te zien dat verzekerde werkzaamheden verrichtte die niet lijken te rijmen met de door hem opgegeven beperkingen aan de arbeidsdeskundige. Hof: Aegon heeft daarbij in het kader van de proportionaliteit in redelijkheid kunnen besluiten tot de door in haar opdracht uitgevoerde observatie. Toewijzing totaalbedrag van € 107.164,79. 24-04-2018
- Gerechtshof Amsterdam Verzekeraar stelt dat verzekerde in gezondheidsverklaring bij arbeidsongeschiktheidsverzekering ten onrechte heeft vermeld dat hij op dat moment geen rugklachten had (gehad). Toetsing aan artikel 251 Wetboek van Koophandel: nieuwe verzekering of tussentijdse wijziging. Verzekerde stelt dat geen sprake is van nieuwe overeenkomst en verzekeraar krijgt gelegenheid om op dit verweer te reageren: verwijzing naar de rol. 19-09-2017
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag Nabestaanden van 15-jarig slachtoffer van moord vorderen shockschadevergoeding en uitvaartkosten. Vergoeding uitvaartkosten, ondanks uitkering Schadefonds Geweldsmisdrijven op dit punt, toegewezen. Met betrekking tot shockschadevordering wordt een deskundige (psychiater) benoemd, teneinde vast te stellen of sprake is van geestelijk letsel als gevolg van de directe confrontatie met de ernstige gevolgen van de moord. 19-09-2018
- Rechtbank Limburg Strafrecht. Veroordeling voor verkrachting, afpersing, bedreiging en mishandeling. Toewijzing immateriële schadevergoeding ad € 10.000 aan slachtoffer. Aansluiting gezocht bij categorie 4 van de ‘Letsellijst Schadefonds Geweldsmisdrijven’ vanwege de ernst van de verkrachting, die immers gepaard ging met ernstige dreigingen en intimidatie op de achterbank van een rijdende auto, onder toeziend oog van twee andere personen. 14-09-2018
- Rechtbank Oost-Brabant Organisator van festival aansprakelijk op grond van artikel 6:173 BW en artikel 6:162 BW in verband met ongeval met attractie (springkussen) op dat festival. Sprake van gebrekkige zaak gelet op de aard van de zaak, de aard van het evenement, de risico’s van het springen zonder oefensprong en het feit dat het luchtkussen al leegliep terwijl zich nog personen op de attractie bevonden. 50% eigen schuld van eiser vanwege het negeren van aanwijzingen van toezichthoudende sfeerbeheerder. 12-09-2018
- Rechtbank Oost-Brabant Gemeente is niet op grond van artikel 6:173, 6:174 of 6:162 BW aansprakelijk voor een ongeval met een publiek toegankelijk fitnessapparaat. 12-09-2018
- Rechtbank Midden-Nederland Letselschade als gevolg van handgemeen na uitgaan. Beroep van gedaagde op noodweer(exces) slaagt niet. Verklaring voor recht dat (minderjarige) gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld jegens eiser. Partijen hebben naar elkaar kwetsende opmerkingen geroepen, waardoor rechtbank van oordeel is dat eiser voor 25% aan het ontstaan het letsel heeft bijgedragen (eigen schuld). Geen billijkheidscorrectie. 12-09-2018
- Rechtbank Gelderland Strafrecht. Veroordeling voor onder andere wederrechtelijke vrijheidsberoving en mishandeling, gepleegd jegens ex-vrouw en een collega van haar. Vordering benadeelde partij gedeeltelijk toegewezen. Rechtbank kent aan benadeelde partij € 2.500 toe voor verhuiskosten en € 2.500 voor immateriële schade. 11-09-2018
- Rechtbank Gelderland Strafrecht. Veroordeling voor poging tot doodslag door op klaarlichte dag op straat het slachtoffer met een mes te steken. Toewijzing € 5.000 immateriële schadevergoeding aan slachtoffer. Getuige niet-ontvankelijk in shockschadevordering: niet is gebleken van een in de psychiatrie erkend ziektebeeld. 11-09-2018
- Rechtbank Noord-Nederland Strafrecht. Veroordeling voor poging tot doodslag door met een kapmes tweemaal in de richting van het lichaam en het hoofd van het slachtoffer te slaan. Feit dat benadeelde partij geen zorgverzekering heeft, staat niet in de weg aan toewijzing zorg- en ambulancekosten. Gedeeltelijke toewijzing immateriële schadevergoeding: € 3.000. 11-09-2018
- Rechtbank Den Haag Eigenaar hond en eigenaar hondenschool aansprakelijk gesteld voor gevolgen val tijdens puppytraining in bos. Vorderingen afgewezen; toedracht staat niet vast. Van onberekenbaar gedrag van honden is geen sprake geweest; tijdens puppytraining horen honden te spelen. Ook is eigenaar hond niet aansprakelijk op grond van artikel 6:162 BW. Ongelukkige samenloop van omstandigheden, waarvan de schade niet op de hondenschool kan worden afgewenteld. 29-08-2018
- Rechtbank Den Haag Strafrecht. Vader neemt 6-jarige dochter en 3-jarige zoon mee naar Egypte en houdt hen daar vier maanden langer dan gepland, zonder toestemming van moeder. Veroordeling voor het onttrekken van twee minderjarige kinderen aan het wettig gezag. Toewijzing immateriële schadevergoeding van € 1.500 aan moeder. 27-07-2018
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Veroordeling voor medeplegen van poging tot doodslag door bij ripdeal midden in een woonwijk met vuurwapen kogels te schieten in het lichaam van slachtoffer. Slachtoffer heeft ernstig letsel opgelopen en vordert € 1.500.000 aan immateriële schadevergoeding. Niet-ontvankelijkverklaring vanwege onevenredige belasting van het strafgeding. 13-07-2018
- Rechtbank Amsterdam Verwijzing zaak naar kamer voor niet-kantonzaken; geen duidelijke aanwijzingen dat de gevorderde verklaringen voor recht een lagere waarde vertegenwoordigen dan € 25.000. Kantonrechter begrijpt dat gedaagde vanwege zijn gezondheidstoestand niet wil dat deze procedure vertraging oploopt en dat hij liever heeft dat de kantonrechter over deze zaak beslist, maar dit is geen omstandigheid op grond waarvan wordt afgeweken van de regels inzake de absolute competentie van de kantonrechter. 08-06-2018