Naar boven ↑

Update

Nummer 34, 2018
Uitspraken van 18-09-2018 tot 24-09-2018
Redactie: Mr. H. Vorsselman, mr. drs. I. van der Zalm, mr. Y. Bosschaart en J. Stulp.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.


Nieuws
De afgelopen week verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.


Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, welke zijn opgenomen onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.

Organisator van buitenevenement aansprakelijk voor letselschade als gevolg van ongeval met springkussen op festivalterrein.
Op een festivalterrein waar een buitenevenement van WE Projects plaatsvond, bevond zich een attractie waarbij bezoekers een sprong van negen meter hoogte op een ondergelegen springkussen konden maken. Eiser heeft tijdens zijn bezoek aan het evenement deze sprong gemaakt en heeft hierbij letsel opgelopen, omdat hij op een leeglopend kussen terechtkwam. In deze procedure vordert eiser een verklaring voor recht dat WE Projects aansprakelijk is voor de door hem geleden en te lijden materile en immaterile schade. De rechtbank (PS 2018-0724) overweegt als volgt. Aan de hand van de Wilnis-criteria moet worden beoordeeld of de toren waar eiser vanaf sprong gebrekkig is. De rechtbank oordeelt dat sprake is van een gebrekkige zaak in de zin van artikel 6:173 BW, omdat het mogelijk was via een andere toegangstrap, zonder toezicht, toegang te krijgen tot het uitkijkplateau op negen meter en dit uitkijkdeel naar het springgedeelte enkel was afgescheiden door middel van een steigerpijp op heuphoogte waar overheen gestapt kon worden. WE Projects is dan ook op grond van artikel 6:173 BW in beginsel aansprakelijk voor de schade die eiser heeft geleden en lijdt als gevolg van het ongeval. Tevens is sprake van onrechtmatig handelen in de zin van artikel 6:162 BW. De rechtbank is wel van oordeel dat het doelbewust zonder toestemming over de afscheiding stappen, zoals eiser heeft gedaan, aanzienlijk heeft bijgedragen aan het ontstaan van de schade. De rechtbank is dan ook van oordeel dat zijdens eiser sprake is van 50% eigen schuld in de zin van artikel 6:101 BW.

Ongeval tijdens puppytraining. Eigenaar hond niet aansprakelijk, nu geen sprake is van onberekenbaar gedrag van het dier of toerekenbaar onrechtmatig handelen; eigenaar hondenschool niet aansprakelijk omdat sprake is van ongelukkige samenloop van omstandigheden en zij alle veiligheidsmaatregelen heeft genomen die van haar mochten worden verwacht.
Eiseres is tijdens een puppytraining door twee honden omver gelopen, als gevolg waarvan zij knieletsel heeft opgelopen. Eiseres stelt de eigenaar van een hond die tegen haar aanrende en de eigenaar van de hondenschool die de puppytraining organiseerde aansprakelijk. De rechtbank (PS 2018-0727) oordeelt als volgt met betrekking tot de eigenaar van de hond. Niet kan worden bewezen door welke hond eiseres omver is gelopen. Zelfs als het de hond van gedaagde is geweest die eiseres heeft geraakt, is gedaagde niet uit hoofde van zijn hoedanigheid als bezitter zonder meer aansprakelijk, maar moet sprake zijn van toerekenbaar onrechtmatig handelen (artikel 6:162 BW) jegens eiseres. Het ongeval is immers veroorzaakt kort voor of bij aanvang van de puppycursus in een hondenlosloopgebied en niet is gesteld of gebleken dat sprake is geweest van onberekenbaar gedrag van de hond in de zin van artikel 6:179 BW. De honden waren speels aan het rennen en ongelukkigerwijs is eiseres geraakt door een van de honden. Enig verwijt valt de hondenbezitter naar het oordeel van de rechtbank niet te maken, zodat hij niet aansprakelijk is. Met betrekking tot de aansprakelijkheid van de eigenaar van de hondenschool is de rechtbank van oordeel dat eiseres onvoldoende heeft onderbouwd waarom deze aansprakelijk zou zijn. Dat eiseres tijdens de training is geraakt door een van de honden en is gevallen, is een ongelukkige samenloop van omstandigheden, waarvan de schade niet op de eigenaar van de hondenschool kan worden afgewenteld. Gedaagde heeft verder onbetwist alle maatregelen voorafgaand aan de cursus getroffen die van haar met het oog op de veiligheid van de deelnemers aan de cursus mogen worden verwacht, nu de cursus zodanig is ingericht dat de honden pas na een aantal trainingen mee naar buiten worden genomen en het terrein vooraf is verkend op losliggende takken en oneffenheden.

Shockschade. Bij nabestaanden van vermoord meisje is sprake geweest van een directe confrontatie met de moord die een hevige emotionele schok heeft veroorzaakt. Deskundigenonderzoek gelast met betrekking tot de vraag of sprake is van geestelijk letsel.
De nabestaanden (ouders en broer) van een 15-jarig meisje dat in 2012 is vermoord, vorderen van de dader immaterile schadevergoedingen op grond van shockschade. Tevens vorderen zij vergoeding van de uitvaartkosten. De rechtbank (PS 2018-0747) is van oordeel dat de uitvaartkosten voor toewijzing vatbaar zijn, ondanks het feit dat de nabestaanden toentertijd een uitkering van het Schadefonds Geweldsmisdrijven hebben ontvangen voor deze kosten. Met betrekking tot de shockschadevergoedingen overweegt de rechtbank als volgt. De nabestaanden zijn direct geconfronteerd met de ernstige gevolgen van de moord op hun dochter en zus, nu zij na het overlijden keer op keer zijn geconfronteerd met nieuwe, gruwelijke en gedetailleerde informatie over de moord. De ontvangen informatie in combinatie met wat de nabestaanden wel en juist niet hebben gezien, maakt dat zij zich een duidelijk en specifiek beeld hebben kunnen vormen (en ook onvermijdelijk hebben gevormd) van de omstandigheden waaronder het slachtoffer om het leven is gebracht. Dat beeld is nadien, gedurende het strafproces, alleen maar versterkt. De rechtbank is tevens van oordeel dat de directe confrontatie bij de nabestaanden een hevige emotionele schok heeft veroorzaakt. De vervolgvraag die moet worden beantwoord is of bij de nabestaanden sprake is van geestelijk letsel als gevolg van de directe confrontatie met de ernstige gevolgen van de moord. Teneinde deze vraag te beantwoorden gelast de rechtbank een deskundigenonderzoek.


Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de personenschadepraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.


Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps.updates@law.eur.nl.


Met vriendelijke groet,

Siewert Lindenbergh, Ilona van der Zalm Merel van den Heuvel
PS Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank

Antillen