Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
Nieuws
De afgelopen week verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, welke zijn opgenomen onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Gedwongen gescheiden wonen is een aantasting in de persoon.
Aansprakelijkheid verhuurder voor de schade die de ontruimde huurder heeft geleden door de onrechtmatige ontruiming en door het feit dat de verhuurder de woning niet meer ter beschikking kan stellen. Appellanten vorderen als vergoeding voor immaterile schade een bedrag van 4.000. Ter onderbouwing van deze vordering hebben zij gesteld dat zij door de gedwongen ontruiming van de woning een tijd gescheiden hebben moeten wonen. De kantonrechter heeft in het tussenvonnis geoordeeld dat het gezin door de ontruiming uit elkaar is gedreven en dat deze inbreuk op het gezinsleven is te beschouwen als een aantasting in de persoon op andere wijze zoals bedoeld in artikel 6:106 lid 1 sub b BW, zodat recht kan bestaan op een schadevergoeding. De kantonrechter heeft ter zake de geleden immaterile schade een vergoeding van 100 per maand, dus in totaal 2.000, passend geacht. In aanmerking genomen dat in dit geval beide appellanten slachtoffer zijn en dat het niet gaat om gederfd woongenot maar om het daarmee samenhangende noodzakelijke gescheiden wonen, acht het hof (PS 2019-0795) de door de kantonrechter toegekende vergoeding van 100 per maand te laag. Het hof zal schattenderwijs een vergoeding van 3.000 toekennen, hetgeen neerkomt op 150 per maand ( 75 per persoon per maand) gedurende afgerond twintig maanden.
Brandwonden door het zitten op een emmer met ovenreiniger.
Werkgeversaansprakelijkheid. Verzoekster is een werknemer van de toko Lekker Suriname. Werkneemster heeft ernstige brandwonden opgelopen aan haar onderlichaam (billen en dijen) doordat zij tijdens haar werk op een plastic emmer met ovenreiniger was gaan zitten. Zij is in het ziekenhuis aan haar derdegraadsbrandwonden geopereerd en heeft huidtransplantaties ondergaan. Werkneemster stelt werkgever aansprakelijk voor het arbeidsongeval. Zij vordert 10.000 aan schadevergoeding als voorschot. De kantonrechter (PS 2019-0793) acht het voorshands bewezen dat het ongeval heeft plaatsgevonden tijdens de uitoefening van haar werkzaamheden en dat de brandwonden zijn ontstaan door de ovenreiniger. De kantonrechter laat Lekker Suriname conform hun bewijsaanbod toe tot het tegenbewijs.
Ouders van schutter Alphen aan den Rijn civielrechtelijk aangesproken.
Deze zaak heeft betrekking op het schietincident dat plaatsvond in winkelcentrum De Ridderhof in Alphen aan den Rijn. Appellanten bevonden zich destijds allen in het winkelcentrum. Zij houden de ouders van de schutter aansprakelijk, en spreken tevens de aansprakelijkheidsverzekeraar van de ouders aan. De grieven klagen onder meer dat de rechtbank voor de beoordeling van de vorderingen tegen de ouders er ten onrechte van uit is gegaan dat appellanten de ouders alleen (zuiver) nalaten verwijten in verband met het schietincident. Appellanten verwijten de ouders tevens onrechtmatige gevaarzetting. Een andere grief richt zich tegen het oordeel van de rechtbank dat op de ouders geen bijzondere zorgplicht of aansprakelijkheid rustte jegens de schutter. Alle grieven falen en het hof (PS 2019-0804) bekrachtigt het vonnis van de rechtbank.
Whiplashklachten in causaal verband met verkeersongeval?
Eiser vordert onder meer van verzekeraar ASR 546.133 netto wegens verlies aan verdiencapaciteit en 12.000 voor vergoeding van smartengeld. Eiser legt aan zijn vorderingen ten grondslag dat hij kort na het verkeersongeval klachten, bestaande uit hoofd- en nekpijnklachten, duizeligheid, geheugen- en concentratieproblemen en ernstige vermoeidheidsklachten, ontwikkelde. Wat partijen in de kern verdeeld houdt, ziet op de vraag of de klachten en de beperkingen die eiser stelt te ondervinden, zijn aan te merken als ongevalsgevolg waardoor eiser niet meer in staat was het faillissement van zijn bedrijf af te wenden. De rechtbank (PS 2019-0794) komt tot het oordeel dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat zijn vermoeidheidsklachten het gevolg zijn van het ongeval, mede gezien deskundigenonderzoek dat stelt dat de vermoeidheid mede onderhouden lijkt te worden door een inactief levenspatroon met excessief veel slapen. Als smartengeld acht de rechtbank 5.000 billijk, hetgeen reeds door voorschotten van ASR is vergoed. De vorderingen worden afgewezen.
Deelgeschil leent zich niet voor bewijslevering ten aanzien van uiteenlopende verhalen.
Deelgeschil. Verzoekster heeft zich in het verzoekschrift op het standpunt gesteld dat zij van de trap in de sportschool is gevallen als gevolg van het uitbreken van de trapleuning. Deze zat volgens verzoekster al een tijdje los en hierover is door haar en andere leden al eerder geklaagd. De sportschool heeft betwist dat de trapleuning los zat en heeft ook betwist dat er een ongeval heeft plaatsgevonden op de trap. Volgens de sportschool dreigde verzoekster van de trap te vallen, werd ze hierdoor boos en heeft ze vervolgens zelf de trapleuning losgetrokken. Om vast te stellen of verzoekster daadwerkelijk van de trap is gevallen, zal bewijslevering noodzakelijk zijn in de vorm van het horen van getuigen en/of een nadere (medische) onderbouwing. Naar het oordeel van de kantonrechter (PS 2019-0792) weegt om die reden de investering in tijd, geld en moeite die met de beslissing in dit deelgeschil gepaard zou gaan, niet op tegen het (thans ook niet bekende) belang van de vordering.
Literatuur
Sinds het verschijnen van de vorige nieuwsbrief zijn verschillende signaleringen onder literatuur geplaatst. Zie ook het overzicht onderaan deze nieuwsbrief.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de personenschadepraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps.updates@law.eur.nl.
Met vriendelijke groet,
Siewert Lindenbergh, Ilona van der Zalm, Moana Mellaard Janou Kempkes
PS Updates
Literatuur
Sinds het verschijnen van de vorige nieuwsbrief zijn de volgende signaleringen onder literatuur geplaatst.
E.R. de Jong, Urgenda en de beoordeling van macro-argumenten, Maandblad voor Vermogensrecht 2019/04.
Het Urgenda-arrest en de daarin spelende vraagstukken zijn illustratief voor wat genoemd kan worden het publieke leven van het civiele aansprakelijkheidsrecht. Centraal in de idee van dit publieke leven van het aansprakelijkheidsrecht is dat een civiele procedure, al dan niet beoogd, verandering(en) teweeg kan brengen in de manier waarop zowel private als publieke actoren omgaan met maatschappelijke vraagstukken en kwesties van publiek belang. Een specifieke procedure kan, met andere woorden, allerlei partij-overstijgende macro-effecten hebben. Bij macro-effecten gaat het om de effecten van een rechterlijke beslissing voor niet bij het geding betrokken partijen (lees: derden). Dit kunnen zowel juridische als niet-juridische effecten zijn. Een voorbeeld van een niet-juridisch macro-effect is dat naleving van de Urgenda-norm, althans in de huidige vorm, waarin de Staat voor 2020 25% CO2 -uitstootreductie dient te bewerkstelligen ten opzichte van het uitstootniveau van 1990, evident gevolgen heeft voor onder meer het Nederlandse energiebeleid.
D.F.H. Stein, Verjaring van schadevergoedingsvorderingen bij voortdurende onrechtmatige daden, Nederlands Tijdschrift voor Burgerlijk Recht 2019/11, afl. 4, p. 61-72.
De regels over verjaring van schadevergoedingsvorderingen wegens onrechtmatige daad maken dat de schuldeiser zijn vordering na enig tijdsverloop niet langer kan afdwingen. Deze regels zijn vooral toegesneden op gevallen waarin de onrechtmatige daad is beperkt tot n moment. Het komt echter met enige regelmaat voor dat een onrechtmatige daad zicht over een langere tijdsperiode uitstrekt. In dit artikel gaat de auteur in op de vraag naar het startpunt van de verjaringstermijnen bij dergelijke 'voortdurende onrechtmatige daden', aan de hand van het recentelijk gewezen arrest Parkeergarage Zandvoort .Daarbij beperkt Stein zich tot de verjaring van schadevergoedingsvorderingen uit onrechtmatige daad.
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof Den Haag Aan appellant komt als belastingplichtige immateriële schadevergoeding toe, wegens een onredelijk lange procedure over de belastingaanslag. Er is een vaststellingsovereenkomst opgesteld tussen appellant en de Staat. Appellant betwist dat de Samenhangregel van toepassing is. Anders dan appellant stelt, volgt uit (de letterlijke tekst van) de afspraak niet dat daarmee ook tegelijk door partijen is overeengekomen dat in iedere afzonderlijke procedure, in afwijking van de fiscale praktijk, een immateriële schadevergoeding wordt betaald. 04-06-2019
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Aansprakelijkheid verhuurder voor de schade die de ontruimde huurder heeft geleden door de onrechtmatige ontruiming en door het feit dat de verhuurder de woning niet meer ter beschikking kan stellen. Het gedwongen gescheiden wonen van het gezin is aan te merken als aantasting in de persoon op andere wijze. Aan de appellanten komt € 75 per persoon per maand gescheiden wonen toe. 28-05-2019
- Gerechtshof Den Haag Deze zaak heeft betrekking op het schietincident dat plaatsvond in winkelcentrum De Ridderhof in Alphen aan den Rijn. Appellanten bevonden zich toen allen in dat winkelcentrum. Zij houden de ouders van de schutter aansprakelijk, en spreken tevens de aansprakelijkheidsverzekeraar van de ouders aan. Alle grieven falen. 28-05-2019
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Arbeidsrecht. Het hof oordeelt dat werkgeefster ernstig verwijtbaar heeft gehandeld ten opzichte van re-integrerende werkneemster met psychische klachten. Het toegekende bedrag voor billijke vergoeding (€ 19.000) blijft met enigszins andere redenering dan de kantonrechter gelijk: de billijke vergoeding strekt niet alleen tot compensatie van verlies aan inkomsten, maar ook als genoegdoening voor het ernstig verwijtbaar handelen. 27-05-2019
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht. Diefstal na insluiping in woning. Vordering immateriële schadevergoeding. De door de benadeelde partij gestelde gevolgen van de inbraak zien echter vooral op de angst voor de veiligheid van zijn spullen en niet zozeer op zijn eigen, persoonlijke veiligheid. Dat maakt naar het oordeel van het hof dat er in dit geval geen sprake is van enige vorm van aantasting van de persoon van benadeelde ‘op andere wijze’ zoals bedoeld in artikel 6:106 aanhef en onder b BW. 13-05-2019
Rechtbank
- Rechtbank Noord-Holland Letselschade. Whiplashklachten na verkeersongeval. Beoordeling van de vraag of het bestaan van de klachten aannemelijk is, en zo ja, of het causaal verband tussen de klachten en het ongeval vaststaat. Dit is niet het geval. Toewijzing € 5.000 smartengeld, al was dit bedrag reeds door voorschotten van de verzekeraar betaald. 29-05-2019
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Doodslag op een weerloos slachtoffer. De kinderen (13 en 17 jaar) en levenspartner van het slachtoffer krijgen € 15.000 shockschadevergoeding. De rechtbank heeft aansluiting gezocht bij de normbedragen van de Wet affectieschade. De kinderen zijn in het ziekenhuis geconfronteerd met de aanblik van hun mishandelde vader die zes dagen later overleed. Ook hebben zij de mishandeling op camerabeelden gezien. De nadelige gevolgen liggen zozeer voor de hand dat een aantasting van de persoon kan worden aangenomen zonder onderbouwing aan de hand van stukken. De levenspartner is geconfronteerd met het misdrijf en heeft het geestelijk letsel onderbouwd. 24-05-2019
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Doodslag op een weerloos slachtoffer. De kinderen (13 en 17 jaar) en levenspartner van het slachtoffer krijgen € 15.000 shockschadevergoeding. De rechtbank heeft aansluiting gezocht bij de normbedragen van de Wet affectieschade. De kinderen zijn in het ziekenhuis geconfronteerd met de aanblik van hun mishandelde vader die zes dagen later overleed. Ook hebben zij de mishandeling op camerabeelden gezien. De nadelige gevolgen liggen zozeer voor de hand dat een aantasting van de persoon kan worden aangenomen zonder onderbouwing aan de hand van stukken. De levenspartner is geconfronteerd met het misdrijf en heeft het geestelijk letsel onderbouwd. 24-05-2019
- Rechtbank Amsterdam Strafrecht. Ernstige mishandeling van 7 jaar oud stiefzoontje door hem op de grond, tegen de muur en tegen het bed te gooien en hem te slaan. Het zoontje is met uitvalsverschijnselen door hersenletsel op de intensive care beland. De rechtbank begroot de immateriële schadevergoeding op € 10.000. 23-05-2019
- Rechtbank Rotterdam Werkgeversaansprakelijkheid. De kantonrechter acht voorshands bewezen dat sprake is van een arbeidsongeval en dat de derdegraadsbrandwonden van werkneemster zijn ontstaan door het zitten op een emmer met ovenreiniger. 10-05-2019
- Rechtbank Rotterdam Procesrecht. Vordering van de hogeschool tot betaling schoolkosten. In plaats van in hoger beroep te gaan tegen een eerder gewezen vonnis, is de hogeschool opnieuw naar de kantonrechter gegaan om proceskosten te drukken voor gedaagde. Hoewel goed bedoeld, vormt het aan het strafrecht ontleende ‘ne bis in idem’-beginsel in het civiele recht een belemmering om tegenover dezelfde wederpartij een andersluidend oordeel te verkrijgen over een vordering van (nagenoeg) gelijke inhoud en strekking als een eerdere vordering waarover reeds door een rechter van gelijke rang is beslist. 10-05-2019
- Rechtbank Rotterdam Deelgeschil. Verzoekster vraagt voor recht te verklaren dat sportschool aansprakelijk is voor val van trap vanwege gebrekkige trapleuning op grond van artikel 6:174 BW. De zaak is niet geschikt voor een deelgeschil, omdat bewijslevering noodzakelijk is. 10-05-2019
- Rechtbank Midden-Nederland Deelgeschil. Letselschade. Verzoek aanvullend voorschot afgewezen: uit neurologisch rapport volgt dat causaal verband tussen klachten en aanrijding ontbreekt. Bovendien is er ruim bevoorschot. Benadeelde zal (al in gang gezette) neuropsychologisch onderzoek moeten afwachten. 10-05-2019
Uitspraken zonder ECLI
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Het recht op afkoop van de levensverzekering zoals bedoeld in artikel 7:978 lid 1 BW geldt niet voor naturauitvaartverzekeringen en kapitaaluitvaartverzekeringen. Vordering van Consument is afgewezen. 2019-03-07
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Vaststelling periode arbeidsongeschiktheid onder arbeidsongeschiktheidsverzekering. Geen doorlopende arbeidsongeschiktheid. Vordering Consument tot aanvullende uitkering wordt afgewezen. 2019-03-27
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Studentenverzekering met overlijdensrisicodekking is niet gehouden tot het doen van een uitkering aan erven vanwege uitgesloten doodsoorzaak. Kwalificatie ‘onderwatersport’. 2019-01-24
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Consument vordert een vergoeding uit hoofde van haar reisverzekering in verband met blijvende invaliditeit (letsel aan haar gebit) als gevolg van een ongeval. Consument slaagt niet in het bewijs van het causale verband. Ook resulteert het letsel niet in een percentage blijvende invaliditeit. De vordering van Consument wordt afgewezen. 2019-04-10
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Arbeidsongeschiktheidsverzekeraar beroept zich ten onrechte op dekkingsuitsluiting wegens ziekte voorafgaand aan sluiten verzekering. Verzekeraar is niet geslaagd in de op haar rustende bewijslast. De vordering van Consument wordt toegewezen. 2019-01-29
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Consument stelt dat zijn assurantietussenpersoon onrechtmatig heeft gehandeld door na te laten Consument te wijzen op eventuele fouten van zijn voorganger, dan wel doordat hij niet in contact is getreden met Consument. Consument stelt dat de tussenpersoon zijn zorgplicht heeft geschonden en vordert onder meer gemiste uitkeringen van de arbeidsongeschiktheidsverzekering en een immateriële schadevergoeding. De vordering van consument wordt afgewezen. 2019-04-23
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Arbeidsongeschiktheidsverzekeraar hoeft geen dekking te verlenen. Geen sprake van medisch objectiveerbare klachten. Afwijzing vordering Consument. 2018-12-17
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Bedrijfsongeval. Gevelplaat heeft hoofd en nek van werknemer geraakt. Geen causaal verband vastgesteld tussen klachten en ongeval. Afwijzing vordering van Consument tot uitkering op zijn ongevallenverzekering. 2019-01-31
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Consument vordert vergoeding van zijn inkomensverlies op grond van toerekenbare tekortkoming van zijn rechtsbijstandsverlener (beroepsfout, nalaten stuiten). Consument heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat sprake is van een toerekenbare tekortkoming. De vordering van Consument wordt afgewezen. 2019-05-01
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Uitleg bijzondere verzekeringsvoorwaarden rechtsbijstandsverzekering. Geen ongelimiteerde vergoeding van advocaatkosten. Afwijzing vordering van Consument. 2019-03-13
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Toewijzing vordering van Consument tot vergoeding van immateriële schade als gevolg van onrechtmatig persoonlijk onderzoek in opdracht van Verzekering. 2018-12-27
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Consument vordert immateriële schade vanwege gestelde nalatigheid rechtsbijstandsverlener. Geen sprake van een geval zoals bedoeld in artikel 6:106 lid 1 sub a tot en met c BW. De gestelde schade is niet toewijsbaar. Eventuele tekortkoming kan niet leiden tot een ander oordeel en wordt daarom niet inhoudelijk behandeld. 2019-01-14
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Consument wenst zijn voormalige werkgever aansprakelijk te stellen voor het ontstaan van PTSS. Consument meent dat zijn rechtsbijstanduitvoerder niet adequaat heeft gehandeld en vordert vergoeding van de kosten van een tweede expertiseonderzoek en/of een tweede advocaat. Er is een deugdelijk expertiseonderzoek verricht. De vordering van Consument wordt afgewezen. 2019-05-20
- Rechtbank Overijssel Whiplashachtige klachten na aanrijding. De rechtbank concludeert dat zij op grond van de stellingen en de overgelegde bescheiden van eisers, die gemotiveerd zijn weersproken door ASR, niet kan concluderen dat zich een authentiek ongeval heeft voorgedaan. Eisers worden overeenkomstig hun aanbod, toegelaten tot het leveren van dit bewijs. 2019-04-24
- Rechtbank Midden-Nederland Er heeft een aanrijding plaatsgevonden waarbij eiser betrokken was. Volgens eiser heeft hij sinds het ongeval verschillende klachten die kenmerkend zijn voor het postwhiplashsyndroom. Niet objectief kan worden vastgesteld dat de klachten van eiser reëel, niet ingebeeld, niet voorgewend en niet overdreven zijn. De opmerkingen van de neuroloog over de aard en impact van de aanrijding, van de orthopeed over de verdenking van simulatie bij het krachtonderzoek en van de psychiater over inconsistenties en discrepanties in het verslag wijzen er in voldoende mate op dat sprake is van simulatie dan wel het overdrijven van klachten. 2019-05-08
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Slijtage knie. Bouwsector. Complicaties na behandeling met medicinale injecties kwalificeren niet als ongeval zoals bedoeld in de zin van de ongevallenverzekering. Vordering van Consument wordt afgewezen. 2018-12-17
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening De Commissie oordeelt dat op basis van de verzekeringsovereenkomst niet alle kosten voor de crematie worden vergoed. De reden hiervoor is dat de polis over de dekking duidelijk is en maar op één manier te lezen is. De vordering van consument wordt afgewezen. 2019-05-14