Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.
Nieuws
De afgelopen week verschenen verschillende nieuwsberichten. Deze zijn op frequente tijden te lezen op de website.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, welke zijn opgenomen onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Hoge Raad over procedurele aspecten deelgeschilprocedure.
Hoger beroep tegen deelgeschilbeschikking. De Hoge Raad (PS 2019-1128) ziet aanleiding ten overvloede nog het volgende te overwegen. Het hof heeft in deze zaak de in de deelgeschilbeschikking uitgesproken kostenveroordeling vernietigd en een nieuwe kostenveroordeling uitgesproken. Een en ander verdraagt zich niet met de regeling van artikel 1019bb Rv en artikel 1019cc Rv. Deze regeling houdt in dat hoger beroep tegen een deelgeschilbeschikking is uitgesloten. Daarop wordt uitsluitend een uitzondering gemaakt indien op de deelgeschilprocedure een procedure ten principale volgt. Artikel 1019cc lid 2 Rv bepaalt dat aan een veroordeling van een van partijen in een deelgeschilbeschikking in de procedure ten principale geen verdergaande betekenis toekomt dan wanneer zij zou zijn opgenomen in een tussen partijen gewezen vonnis in kort geding. Dit brengt mee dat de rechter in een eventueel volgende (of intussen aanhangig gemaakte) procedure ten principale niet aan zodanige veroordeling gebonden is en dat die veroordeling haar werking verliest indien in de procedure ten principale in het dictum een andere beslissing wordt gegeven over de desbetreffende vordering.
Werkgeversaansprakelijkheid jegens vrijwilliger.
Deelgeschil. Op de bouwplaats van Rottinghuis werkt personeel van het timmerbedrijf BNL. Verzoeker, die een Wajong-uitkering heeft, verrichtte af en toe op vrijwillige basis klussen voor BNL. Verzoeker is vanaf een eerste verdieping naar beneden gevallen bij het verwijderen van een plaat en heeft letsel aan zijn heup, elleboog en voorhoofd. Verzoeker stelt dat Rottinghuis en BNL op grond van artikel 7:658 lid 1 jo. lid 4 BW alsmede op grond van artikel 7:611 BW als werkgever hoofdelijk aansprakelijk zijn voor geleden en nog te lijden schade. De kantonrechter is de bevoegde rechter voor een vordering op de voet van artikel 7:658 lid 4 BW. Daarmee is naar het oordeel van de kantonrechter (PS 2019-1131) tevens de bevoegdheid van de kantonrechter gegeven om in deze deelgeschilprocedure kennis te nemen van het verzoek. Naar het oordeel van de kantonrechter kan de aansprakelijkheid van Rottinghuis en BNL voor de schade van verzoeker in het onderhavige geval niet op artikel 7:611 BW worden gebaseerd, wegens het ontbreken van een reguliere arbeidsovereenkomst. Artikel 7:658 lid 4 BW leent zich voor toepassing indien de persoon die buiten dienstbetrekking werkzaamheden verricht, voor de zorg van zijn veiligheid (mede) afhankelijk is van degene voor wie hij die werkzaamheden verricht. In deze deelgeschilprocedure is de aansprakelijkheid van Rottinghuis en BNL niet komen vast te staan, bij gebrek aan bewijs omtrent de opdracht en de instructies.
Verlies arbeidsinkomsten na medische fout.
Deelgeschil. De vraag speelt of, en zo ja, in hoeverre, verzoekster vanwege een medische fout (foutieve toediening via katheter) schade zal lijden door verlies van toekomstige inkomsten uit arbeid. Daartoe dient een vergelijking van de feitelijke inkomenssituatie na het ongeval met de hypothetische situatie waarin het ongeval is weggedacht te worden gemaakt. Bij deze vergelijking komt het aan op de redelijke verwachting omtrent toekomstige ontwikkelingen. De redelijke verwachting dat verzoekster haar carrire in het basisonderwijs (met uitzicht op managementtaken) zou hebben hervat is naar het oordeel van de rechtbank (PS 2019-1133) niet aannemelijk gemaakt. Partijen zijn verdeeld over de mate waarin verzoekster vanwege de schade in haar zelfredzaamheid wordt beperkt. In de Letselschade Richtlijn Zelfwerkzaamheid wordt de mate waarin een benadeelde wordt beperkt uitgedrukt in een vast percentage van 25, 50 of 100. Op grond van de overgelegde deskundigenberichten bepaalt de rechtbank de mate waarin verzoekster is beperkt op 100 procent.
Productaansprakelijkheid producent voor MoM-heupprotheses.
Twee clusters zaken. Bij ieder van eisers zijn Metal-on-Metalheupprotheses (MoM-heupprotheses) geplaatst die zijn geproduceerd en/of in het verkeer gebracht door Biomet. Eisers hebben Biomet aansprakelijk gesteld op grond van productaansprakelijkheid. Daartoe stellen zij, voor zover thans nog relevant, dat door frictie tussen de onderdelen van de MoM-heupprothese deeltjes (chroom en) kobalt vrijkomen die in de bloedbaan en in de weefsels terechtkomen en aldus voor gezondheidsklachten zorgen. De rechtbank (PS 2019-1130) zal deskundigen benoemen om voorlichting te verschaffen omtrent de vraag of, en zo ja, vanaf welk moment, het ten tijde van het in het verkeer brengen op grond van de stand van de wetenschappelijke en technische kennis mogelijk was het bestaan van het gebrek te ontdekken. Onder het gebrek verstaat de rechtbank in dit verband dat dergelijke deeltjes in niet te verwaarlozen hoeveelheden vrijkomen, in de bloedbaan/weefsels terechtkomen en gezondheidsschade veroorzaken. Verder stelt de rechtbank vragen over het ontwikkelingsrisico.
Deskundigenbericht shockschade.
Na deskundigenbericht over shockschade oordeelt de rechtbank dat de dader tegenover de ouders en broer van het slachtoffer aansprakelijk is uit hoofde van onrechtmatige daad. De rechtbank (PS 2019-1144) neemt op basis van deskundigenrapporten aan dat uit de directe confrontatie van de ouders en de broer met de ernstige gevolgen van het handelen van de dader geestelijk letsel is voortgevloeid. Tevens vaststelling dat op dit moment niet langer gesproken kan worden van het bestaan van geestelijk letsel. Toewijzing gevorderde en onweersproken vergoeding van immaterile schade en een aantal kostenposten. Gevorderde en weersproken vergoeding verlies aan verdienvermogen ouders, schattenderwijs, gedeeltelijk toegewezen. Tevens conform tussenvonnis kosten begrafenis (art. 6:108 BW) toegewezen.
Literatuur
Sinds het verschijnen van de vorige nieuwsbrief zijn verschillende signaleringen onder literatuur geplaatst. Zie ook het overzicht onderaan deze nieuwsbrief.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de personenschadepraktijk en rechtsontwikkeling, klik dan hier om de geanonimiseerde uitspraak in te zenden. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps.updates@law.eur.nl.
Met vriendelijke groet,
Siewert Lindenbergh, Ilona van der Zalm Janou Kempkes
PS Updates
Literatuur
Sinds het verschijnen van de vorige nieuwsbrief zijn de volgende signaleringen onder literatuur geplaatst.
D.G.J. Sanderink, Positieve verplichtingen als redders van het klimaat, Tijdschrift voor Constitutioneel Recht 2019, afl. 1, p. 64-69.
In deze bijdrage gaat auteur in op de stelling De uitleg die het gerechtshof Den Haag in Urgenda geeft aan positieve verplichtingen onder het EVRM is niets bijzonders. Sanderink onderschrijft deze stelling, omdat die naar zijn mening in overeenstemming is met vaste rechtspraak van het EHRM over de toepassing van artikel 2 en artikel 8 in omgevingsgerelateerde situaties. Wel bijzonder is dat het hof de positieve verplichtingen onder artikel 2 en artikel 8 EVRM toepast op klimaatverandering en aldus op een gevaar met mondiale oorzaken en gevolgen. De situaties die tot dusver in de rechtspraak van het EHRM aan de orde zijn geweest betreffen gevaarlijke situaties die zich voordeden in een min of meer afgebakend geografisch gebied.
E.G.A. van der Werf, De zaak Urgenda op weg naar de Hoge Raad, Tijdschrift voor Constitutioneel Recht 2019, afl. 1, p. 70-75.
In deze bijdrage gaat auteur in op de stelling De uitleg die het gerechtshof Den Haag in Urgenda geeft aan positieve verplichtingen onder het EVRM is niets bijzonders. Auteur is het met deze stelling niet eens. Het is de eerste keer dat een rechter zich op grond van bepalingen uit het EVRM uitspreekt over het klimaatbeleid. Het hof geeft daarbij volgens Van der Werf een te verstrekkende uitleg aan de bepalingen uit het EVRM.
G.G.J.A. Knoops, De zorgplicht van de Staat: doorwerking naar de strafrecht- en letselschadepraktijk, ANWB Verkeersrecht 2019/142.
De Nederlandse Staat is als overheid en als werkgever verantwoordelijk voor de veiligheid van zijn defensiepersoneel. De zorgplicht van de overheid bestaat enerzijds hieruit dat de overheid is gebonden aan algemene beginselen van behoorlijk bestuur, zoals de beginselen van zorgvuldigheid en evenredigheid. Daarnaast dient de overheid zich als werkgever te houden aan de eisen van goed werkgeverschap. Onderdeel van dit goed werkgeverschap van de overheid voor defensiepersoneel is het toezicht op een veilige werkomgeving. Anders dan de meeste andere werkgevers heeft de overheid bovendien de taak wet- en regelgeving te ontwerpen die bepaalde vereisten bevat voor de veiligheid van militairen; zij is tevens verantwoordelijk voor de handhaving, uitvoering en naleving van deze wet- en regelgeving. De Staat is daarmee anders dan bijvoorbeeld een rederij zowel beleidsmaker als normadressaat.
T.H.M. van Wechem, Leren exonereren: een aantal gezichtspunten ten aanzien van het contractueel reguleren van aansprakelijkheid, Contracteren 2019, afl. 3, p. 89-99.
In deze bijdrage bespreekt Van Wechem de rol die exoneraties in b2b-verhoudingen spelen en formuleert hij regels die bij het opstellen van een goede exoneratiebepaling van nut kunnen zijn. De auteur wijst op het belang van het juridisch (logistiek) kwalificeren van de overeenkomst, de vraag of de schadeplicht voortvloeit uit een temporeel of kwalitatief ten achter blijven en op de uitleg van exoneraties. Onderzocht wordt ook of toetsing van het beding aan de beperkende werking van de redelijkheid veel verschilt van de norm onredelijk bezwarend uit art, 6:233 sub a Burgerlijk Wetboek en de omstandigheden die in de rechtspraak een rol spelen bij de beantwoording van de vraag of een exoneratie terzijde moet worden gesteld. Van Wechem concludeert dat niet op voorhand te voorspellen is of een exoneratiebeding de rechterlijke toets kan doorstaan. Wel is zijn indruk dat de hoofdregel is dat een exoneratiebeding houdbaar is en dat alleen bij atypische omstandigheden een beroep op het beding niet zal worden toegestaan.
J.P.M. van Beers, Aansprakelijkheid voor integriteitsonderzoeken: enkele lessen uit een Schiedams onderzoek, De Gemeentestem 2019/102, afl. 7492, p. 506-512.
In dit artikel gaat de auteur aan de hand van voormeld Schiedams onderzoek in op de gerechtelijke procedures waarmee de bij het integriteitsonderzoek betrokken (rechts)personen rekening moeten houden. Aan de hand van het Schiedams onderzoek komen de diverse rechtsingangen voor de aan het integriteitsonderzoek onderworpen personen aan de orde en worden vervolgens het kort geding en de bodemprocedure besproken. Ten slotte gaat Van Beers in op de procedure waarin het onderzoeksbureau als aansprakelijk gestelde partij de gemeente als opdrachtgever in vrijwaring oproept. Het Schiedams integriteitsonderzoek is in 2011 opgeleverd. Ruim acht jaar later draait de procedurele molen nog steeds. Welke lessen kunnen uit het Schiedams onderzoek worden getrokken?
F.C. van der Jagt-Vink, Schadevergoeding onder de Algemene Verordening Gegevensbescherming, Maandblad voor Vermogensrecht 2019, afl. 7/8, p. 286-292.
In dit artikel onderzoekt de auteur in hoeverre de mogelijkheden om bij een schending van de privacywetgeving schadevergoeding te vorderen, worden versterkt door de komst van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Zal de AVG gaan leiden tot een stortvloed van privacyclaims of is het effect van de nieuwe wetgeving in de praktijk beperkt? Is hier sprake van een gamechanger?
Hoge Raad
- Hoge Raad De uitzondering op het rookverbod voor rookruimtes in horeca-inrichtingen is ongeldig, zo oordeelt de Hoge Raad. In zijn uitspraak uit 2014 heeft de Hoge Raad beslist dat de destijds gemaakte uitzondering op het rookverbod voor kleine cafés onverbindend was wegens strijd met artikel 8 WHO-Kaderverdrag. Voor rookruimtes in horeca-instellingen geldt volgens de Hoge Raad hetzelfde. 27-09-2019
- Hoge Raad Hoger beroep tegen deelgeschilbeschikking. Veroordeling in deelgeschilbeschikking; betekenis en werking in procedure ten principale (art. 1019cc lid 2 Rv); kan in hoger beroep tegen deelgeschilbeschikking worden opgekomen tegen daarin uitgesproken veroordeling? 20-09-2019
- Hoge Raad Procesrecht. Raadsheer hof gedefungeerd tussen de in tussenarrest vermelde datum van wijzen (tevens datum pleidooi) en datum uitspraak. Is hof uitgegaan van de juiste betekenis van het begrip ‘wijzen’? Toepassing van HR 18 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2607 en ECLI:NL:HR:2016:2614 (Meavita), en HR 13 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:604. Hoge Raad vraagt op de voet van artikel 83 RO informatie aan het hof. 20-09-2019
- Hoge Raad Publicatie Kelderluik-arrest (1965). Gevaarzetting in verband met onrechtmatige daad. Hoe waarschijnlijk kan de niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid worden geacht? Hoe groot is de kans dat daaruit ongevallen ontstaan? Hoe ernstig kunnen de gevolgen zijn? Hoe bezwaarlijk zijn de te nemen veiligheidsmaatregelen? 05-11-1965
Hof
- Gerechtshof Den Haag Werkgeversaansprakelijkheid. Arbeidsongeval waarbij werknemer in de onderbuik is getrapt door een patiënt en aanhoudende pijnklachten oploopt. Het hof beoordeelt de toetsing van de buitengerechtelijke kosten en verwijst de zaak naar de schadestaatprocedure. 24-09-2019
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Opdracht aan deskundige berekening te maken van wettelijke rente in letselschadezaak. Het gaat om wettelijke rente over het verlies aan arbeidsvermogen, de buitengerechtelijke kosten en smartengeld. 24-09-2019
- Gerechtshof Den Haag Verzekeringsrecht. Bij een val in zijn tuinvijver heeft geïntimeerde een zeldzame infectie aan zijn oog opgelopen, waardoor het oog verwijderd moest worden. Geschil over uitleg polisvoorwaarden omtrent de maatstaf die van toepassing is op de vaststelling van het percentage blijvende invaliditeit. Verzekeraar wordt in het gelijk gesteld en dient twintig procent (niet vijftig procent) van de verzekerde som uit te keren. 24-09-2019
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Strafrecht. Het Openbaar Ministerie moet een geitenhouder uit Limburg vervolgen. De man zou hebben verzwegen dat zijn dieren mogelijk waren besmet met het Q-koortsvirus. Toen de zorgboerderij besmet werd verklaard, was een aantal medewerkers en bezoekers van de zorgboerderij al ziek geworden. Een 20-jarige jongen is door de ziekte overleden. 12-09-2019
- Gerechtshof Amsterdam Strafrecht. Poging tot zware mishandeling, waarbij de verdachte uit het niets een jonge vrouw op het trottoir op gewelddadige wijze heeft toegetakeld. Toewijzing immateriële schadevergoeding van € 750 wegens letsel rondom oog en oor, gevoelens van angst en onveiligheid en slaapproblemen met concentratieproblematiek tot gevolg. 23-07-2019
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag Na deskundigenbericht over shockschade oordeelt de rechtbank dat de dader tegenover de ouders en broer van het slachtoffer aansprakelijk is uit hoofde van onrechtmatige daad. Toewijzing vergoeding van immateriële schade, verlies aan arbeidsvermogen en begrafeniskosten. 25-09-2019
- Rechtbank Amsterdam Gedaagde 1 heeft onrechtmatig gehandeld door in het openbaar uitlatingen over eiseres te doen die inbreuk maken op haar privacy. Hem wordt verboden daarmee door te gaan. Daarnaast moeten alle drie de gedaagden stoppen met het zoeken naar privégegevens van eiseres in haar zakelijke e-mailaccount en op haar kantoor. 24-09-2019
- Rechtbank Oost-Brabant Strafrecht. Het bedrijf handelde in strijd met de Arbeidsomstandighedenwet, waardoor het kon gebeuren dat bij twee ongevallen vier werknemers gewond raakten. De Rechtbank Oost-Brabant legt het bedrijf hiervoor een geldboete op van € 125.000. Van een ongeval met fatale afloop in de kolencentrale is zowel het bedrijf als de werkgever waar het slachtoffer in loondienst was vrijgesproken. 20-09-2019
- Rechtbank Den Haag Stelsel bewaken en beveiligen. De Staat heeft redelijkerwijs kunnen beslissen om een aantal eerder getroffen beveiligingsmaatregelen, die volgens eiser gehandhaafd moeten blijven (met een beroep op art. 2 EVRM), te schrappen. 18-09-2019
- Rechtbank Rotterdam Productaansprakelijkheid producent MoM-heupprotheses. Eisers hebben Biomet aansprakelijk gesteld voor hun gezondheidsklachten. De rechtbank zal deskundigen benoemen om voorlichting te verschaffen omtrent de vraag of, en zo ja, vanaf welk moment, het ten tijde van het in het verkeer brengen op grond van de stand van de wetenschappelijke en technische kennis mogelijk was het bestaan van het gebrek te ontdekken en vragen over het ontwikkelingsrisico. 18-09-2019
- Rechtbank Noord-Nederland Verzoek om voorlopig deskundigenbericht na medische fout in het verleden. De rechtbank acht het in strijd met de goede procesorde om in de onderhavige procedure, na de afwijzing, hangende het onderzoek van de benoemde verzekerings- en arbeidsdeskundige opnieuw hetzelfde verzoek in te dienen terwijl verzoekster geen andere feiten en omstandigheden aan haar verzoek ten grondslag heeft gelegd dan die welke reeds in de bodemprocedure en de eerdere verzoekschriftprocedure bekend waren. 18-09-2019
- Rechtbank Noord-Holland Deelgeschil. Medische aansprakelijkheid. Delay in de behandeling van longkanker. Verweerster heeft € 45.000 betaald aan immateriële schadevergoeding. Verzoek betreft vaststellen van een aanvullende immateriële schadevergoeding. Verzoekster heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat het delay de kwade kans op het krijgen van terugkeer van de longtumor heeft vergroot. Afwijzing verzoek. 12-09-2019
- Rechtbank Noord-Nederland Strafrecht. De verdachte heeft in de periode van bijna een jaar de voorzitter van een raad van bestuur en een aantal bestuursleden/directieleden van een zorginstelling een groot aantal sms-berichten gestuurd. Destabilisering en ontwrichting, inbreuk op de persoonlijke levenssfeer. De voorzitter krijgt € 2.500 immateriële schadevergoeding toegewezen. 05-09-2019
- Rechtbank Limburg Strafrecht. Schiet- en steekincident. Benadeelde 1 vordert € 10.000 wegens immateriële schade. De benadeelde heeft geen fysiek letsel opgelopen, wel ging het hierbij om een poging tot doodslag bestaande uit het schieten met een vuurwapen, waarbij de kogel insloeg in de wand op slechts enkele centimeters naast de plek waar de benadeelde zich bevond. Wegens de omstandigheid dat de hulpverlening zich nog in een beginstadium bevindt, schat de rechtbank de schade op € 1.500. 03-09-2019
- Rechtbank Noord-Nederland Deelgeschil. Vrijwilliger loopt tijdens werkzaamheden letsel op. De vrijwilliger stelt twee bedrijven als ‘werkgever’ aansprakelijk. Artikel 7:658 lid 4 BW leent zich voor toepassing indien de persoon die buiten dienstbetrekking werkzaamheden verricht, voor de zorg van zijn veiligheid (mede) afhankelijk is van degene voor wie hij die werkzaamheden verricht. In deze deelgeschilprocedure is de aansprakelijkheid van Rottinghuis en BNL niet komen vast te staan, bij gebrek aan bewijslevering. 29-08-2019
- Rechtbank Noord-Holland Deelgeschil. Verzoeker heeft klachten na een verkeersongeval. Naar aanleiding van het rapport van de door partijen benoemde deskundige heeft de rechtbank een aantal vragen. De rechtbank roept de deskundige op grond van artikel 200 lid 4 Rv op om ter zitting een nadere toelichting te geven op zijn rapport. 15-08-2019
- Rechtbank Den Haag Overheidsaansprakelijkheid. Eiser vordert € 735 immateriële schadevergoeding, omdat hij ten onrechte zeven dagen in een strafcel is geplaatst. De opsluiting was niet onrechtmatig; eiser heeft vergoeding ontvangen volgens standaardtarieven van de RSJ. Eiser heeft niet onderbouwd dat hij psychisch letsel (door opsluiting en constipatie wegens onjuist voedsel) heeft opgelopen. 14-08-2019
- Rechtbank Amsterdam Hogeschool van Amsterdam (HvA) heeft eiser negatief bindend studieadvies gegeven. Eiser stelt dat HvA zijn schade moet vergoeden, berekend overeenkomstig de Letselschade Richtlijn Studievertraging. HvA heeft onrechtmatig gehandeld en er bestaat een causaal verband tussen het handelen en de studievertraging. Berekening schade aan de hand van de richtlijn. Rechtbank past tevens voordeelsverrekening toe, omdat eiser in zijn tussenjaar inkomsten uit arbeid heeft genoten. 19-07-2019
- Rechtbank Noord-Nederland Deelgeschil. Medische aansprakelijkheid. In hoeverre zal verzoekster vanwege een medische fout (foutieve toediening via katheter) schade lijden door verlies van toekomstige inkomsten uit arbeid? Redelijke verwachting omtrent toekomstige ontwikkelingen. Toepassing Letselschade Richtlijn Zelfwerkzaamheid. 26-09-2018
Uitspraken zonder ECLI
- Geschillencommissie Financiële Dienstverlening Uitvaartverzekering. Verzekeraar heeft gemotiveerd betwist dat de verzekeringen nog actief zijn. Het in bezit hebben van een polisblad is niet voldoende om aan te nemen dat aan de premiebetalingsverplichtingen is voldaan en dat de verzekeringen ongewijzigd in stand zijn gebleven. Een polisblad bewijst alleen dat er op enig moment een verzekeringsovereenkomst tot stand is gekomen. 2019-03-06
- Rechtbank Rotterdam Deelgeschil. Verzoekster is als autobestuurder betrokken geraakt bij een aanrijding en heeft daarbij een hersenschudding en whiplashachtige klachten opgelopen. Verzoekster stelt de verzekeraar van de andere automobilist aansprakelijk voor de schade. De rechtbank verklaart dat de verzekeraar aansprakelijk is voor de schade. Het beroep op eigen schuld, omdat verzoekster bij het wegrijden uit een parkeervak geen vrije doorgang heeft verleend aan het overige verkeer, wordt verworpen. 2019-08-28