Naar boven ↑

Update

Nummer 42, 2020
Uitspraken van 03-11-2020 tot 09-11-2020
Redactie: Mr. H. Vorsselman, mr. drs. I. van der Zalm, mr. Y. Bosschaart en J. Stulp.

Geachte heer/mevrouw,


Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan.


Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, welke te raadplegen zijn via de links onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.

Productaansprakelijkheid.
Letselschade. Geen aansprakelijkheid omdat in strijd met gebruiksaanwijzing is gehandeld (PS 2020-0814).

Medische aansprakelijkheid.
Ziekenhuis niet aansprakelijk voor schade die mogelijk is opgelopen bij tijdens baring toegepaste fundusexpressie. Stand van de praktijk (PS 2020-0817).

Werkgeversaansprakelijkheid.
Uitzendbureau en COA wél aansprakelijk voor burn-out woonbegeleider noodopvang asielzoekers, niet voor val op buitenterrein (PS 2020-0825).

Deelgeschil. Verkeersongeval.
Aanrijding tussen auto en fietser op autoweg. Aan opzet grenzende roekeloosheid (PS 2020-0827).


Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.
N.B. Wekelijks verzorgt de redactie de literatuur-signaleringen in deze nieuwsbrief. We werken er hard aan om deze signaleringen ook in de vernieuwde databank op te nemen!

P.W.J. Verbruggen, ‘Online platformen en onveilige producten’, TvC 2020, afl. 5. [Rechtsorde][Legal Intelligence]
In zijn bijdrage verkent Verbruggen de rechtspositie van de consument die via een online platform een onveilig product koopt. Volgens Verbruggen moet worden onderzocht hoe de Europese regeling inzake productaansprakelijkheid beter aansluiting kan vinden bij de feitelijke rol die online platformen in moderne transnationale handelsketens spelen en de controle die deze rol hun verschaft over de distributie van producten van producent naar consument.

J.T.A. Knape e.a., ‘Wetenschappelijke vereniging dient medisch specialist te ondersteunen bij deskundigenonderzoek’, L&S 2020, afl. 3.
In deze bijdrage beargumenteren auteurs waarom het volgens hun noodzakelijk is dat medisch specialisten in aansprakelijkheidskwesties worden ondersteund bij het opstellen van een deskundigenonderzoek. Auteurs laten zien dat medische deskundigenrapporten vaak, ook tuchtrechtelijk gezien, onder de maat zijn bijvoorbeeld door fouten zoals een opinie geven buiten het eigen vakgebied, het gespreksverslag of een onderzoeksverslag niet ter correctie aanbieden of het niet informeren van de wederpartij. Naar de mening van auteurs dienen wetenschappelijke verenigingen beleid te maken ter bevordering van voldoende gekwalificeerde medische specialisten die goede deskundigenonderzoeken kunnen uitvoeren. Deze bijdrage sluit af met een kort overzicht van tuchtrechtelijke eisen volgend uit medische tuchtrechtzaken door O. Nunes.

M.R. Lauxtermann, ‘Schaderegeling zonder erkenning van aansprakelijkheid – een reactie. Nuttige mogelijkheid op het palet’, L&S 2020, afl. 3.
In deze bijdrage, een reactie op het artikel van J. Wildeboer ‘Schaderegeling zonder erkenning van aansprakelijkheid. Een problematisch fenomeen’ uit L&S 2020-2, laat Lauxtermann vanuit eigen ervaring in de letselschadepraktijk zien dat deze schaderegeling regelmatig een uitweg biedt in zaken waarin meerdere mogelijke aansprakelijke partijen en verzekeraars betrokken zijn, zodat de regeling ook het belang van de benadeelde kan dienen. Als voorbeeld noemt lauxtermann de situatie waarin de regrespositie van de dader of diens verzekeraar de erkenning van aansprakelijkheid blokkeert. Lauxtermann is dan ook van mening dat er juist geen sprake van een problematisch fenomeen. In een nadere beschouwing van de bijdrage van Wildeboer komt hij dan ook tot de conclusie dat deze minder gericht is tegen het fenomeen zelf, maar waarschuwt hij voor mogelijke valkuilen, hetgeen hij als positief waardeert.

N.E. Vellinga, ‘Over autonome auto’s, een bestuurderloze toekomst en nieuwe risico’s’, TvBS&H 2020, afl. 5. [Rechtsorde][Legal Intelligence]
In deze bijdrage onderzoekt Vellinga diverse juridische vragen die rijzen bij de komst van volledig zelfrijdende of autonome auto’s, zoals ten aanzien van de toepassingen van bepalingen van het RVV 1990 en WVW 1994 die de bestuurder als normadressaat hebben, terwijl zelfrijdende auto’s geen bestuurder hebben. Daarbij besteedt Vellinga in het bijzonder aandacht aan juridische uitdagingen die de introductie van de technologie in het wegverkeer met zich meebrengt en aspecten van cybersecurity. Vellinga komt onder meer met een voorstel tot wijziging van artikel 6 WVW 1994 om zo te voorzien in een bestuurderloze toekomst.


Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps.updates@law.eur.nl.


Met vriendelijke groet,
Siewert Lindenbergh, Femke Ruitenbeek-Bart & Barbara Rozema
PS Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank