Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Hypothetische situatie zonder ongeval: reeds bestaande geestelijke problematiek.
Hypothetische situatie zonder ongeval. Vrouw overkomt ongeval op moment dat zij arbeidsongeschikt is vanwege burn-outklachten. Zij vordert vergoeding van de inkomens- en pensioenschade die zij stelt te hebben geleden na het ongeval. De vrouw heeft onvoldoende onderbouwd dat zij ten tijde van het ongeval bijna of volledig hersteld was van de psychische klachten, en dat zij zonder ongeval in staat was geweest loonvormende arbeid te verrichten. Er is geen sprake van secundaire victimisatie doordat de verzekeraar de vrouw als psychiatrisch patiënt aanmerkt: geen aanspraak op vergoeding van extra smartengeld (PS 2022-0648).
Hoge Raad: hof heeft bij aannemen proportionele aansprakelijkheid vereiste terughoudendheid miskend, ofwel zijn oordeel onvoldoende gemotiveerd.
Inspectie voor de Gezondheidszorg legt bevel op inhoudende dat cardiologen met onmiddellijke ingang geen zorg meer mogen verlenen in het ziekenhuis. Het hof oordeelt dat de Staat onrechtmatig heeft gehandeld ten opzichte van de cardiologen en veroordeelt de Staat tot vergoeding van materiële en immateriële schade. Het hof bepaalt de kans dat de cardiologen zonder onrechtmatige daad na faillissement van het ziekenhuis elders werk als cardioloog hadden kunnen vinden op 5% en 10%. Vervolgens heeft het hof de inkomensschade begroot en daarvan een percentage toegewezen dat overeenkomt met die kans. Volgens de Hoge Raad heeft het hof proportionele aansprakelijkheid toegepast, maar zijn oordeel onvoldoende gemotiveerd (PS 2022-0651).
Fiscale component bij berekening verlies verdienvermogen.
Berekening verlies verdienvermogen, onder andere fiscale component. De rechtbank acht gezien HR 24 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1963 (vermogensrendementsheffing) en de aangekondigde stelselwijziging ter zake een berekening op basis van het werkelijke rendement het meest juist (PS 2022-0654).
Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.
N. Nuijten & P. klein Gunnewiek, ‘20 jaar na het taxibus arrest: een nieuw toetsingskader voor shockschade’, PPS-Bulletin 2022-3 [PPS Bulletin]
In het arrest van 28 juni 2022 heeft de Hoge Raad een nieuw toetsingskader geformuleerd voor de aanspraak op vergoeding wegens shockschade. De Hoge Raad geeft gezichtspunten die een rol spelen bij de beoordeling van de onrechtmatigheid jegens degene bij wie een hevige emotionele shock is teweeggebracht. Met het nieuwe toetsingskader lijkt de rechter in ieder geval meer ruimte te krijgen om recht te doen aan de variëteit van gevallen. We zullen moeten afwachten hoe de feitenrechtspraak rondom shockschade zich nu verder zal ontwikkelen, want de beoordelingsvrijheid zorgt niet direct voor een duidelijk afgebakend criterium. Gelet op de thans geformuleerde gezichtspunten, kunnen de auteurs zich voorstellen dat shockschadevergoedingen mogelijk met name worden toegekend in (zware) strafzaken en dat in zaken waarin de intentie niet speelt meer bewijs zal moeten worden geleverd ter zake van de weging van de geformuleerde gezichtspunten en dus de vraag of er jegens het secundaire slachtoffer onrechtmatig is gehandeld.
J. Simons, ‘De afwikkeling van massaschade in collectieve actie’, PPS-Bulletin 2022-3 [PPS Bulletin]
Het vorderen van collectieve schadevergoeding is in Nederland mogelijk dankzij de Wet Afwikkeling Massaschade in Collectieve Actie (WAMCA), die op 1 januari 2020 in werking is getreden. Deze wet heeft mede tot doel het voor belangenorganisaties mogelijk te maken bij de rechter in één procedure collectief schadevergoeding voor een groep benadeelden te vorderen. In het artikel schetst de auteur het wettelijk kader en bespreekt hij enkele belangrijke aspecten van de wet, onder meer in hoeverre de wet geschikt is voor het vorderen van personenschades.
R. Montulet, ‘Verkeersslachtoffer kan terugvallen op directe actie als eigen recht is verjaard’, PPS-Bulletin 2022-3 [PPS Bulletin]
Naar het oordeel van de Hoge Raad dient artikel 7:954 lid 7 BW zo te worden uitgelegd dat de beperking om van de directe actie gebruik te maken in het geval van een toegekend eigen recht, geen betrekking heeft op de situatie waarin een benadeelde door verjaring niet meer van zijn eigen recht uit artikel 6 WAM gebruik kan maken. Een benadeelde kan dus terugvallen op de bescherming van de directe actie als zijn eigen recht is verjaard.
In deze bijdrage wordt het arrest van de Hoge Raad van 22 april 2022 besproken aan de hand van het daaraan ten grondslag liggend juridisch kader.
C. Roijackers, annotatie L&S bij ‘Rechtbank Noord-Nederland, 20 april 2022, ECLI:NL:RBNNE:2022:1991’, L&S 2022/17, afl. 3. [Letsel en Schade]
Een medisch adviseur probeert zonder eigen onderzoek en anamnese twijfel te zaaien over de ernst van het letsel en de relatie tot het ongeval. Dit partijdig gedrag komt vaker voor. De auteur schetst de rol van medisch adviseur. Hij meent dat alle betrokkenen bij letselschaderegelingen het zich aan moeten rekenen als er geen oplossing wordt gevonden voor partijdig gedrag van medisch adviseurs bij aansprakelijkheidsverzekeraars.
J. Keizer, annotatie L&S bij ‘Hoge Raad, 28 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:958’, L&S 2022/15, afl. 3. [Letsel en Schade]
Op 28 juni jl. deed de Hoge Raad uitspraak over schokschade, waarin hij deels terugkwam op eerdere rechtspraak, en die ook verder preciseerde en toelichtte. De auteur bespreekt de relevante feiten en omstandigheden van de zaak, analyseert de uitspraak en geeft zijn commentaar op vijf aspecten ervan. Zijn conclusie is onder meer dat de Hoge Raad de feitenrechter meer ruimte biedt om bij opzettelijke gepleegde onrechtmatige gedragingen minder zware eisen te stellen aan het confrontatievereiste. Door gezichtspunten te formuleren waarvan er geen op voorhand doorslaggevend is, heeft de feitenrechter bovendien de nodige ruimte voor maatwerk.
S. Wiznitzer, ‘Wat is de invloed van medisch aansprakelijkheidsrecht op het professionele handelen van huisartsen en gynaecologen? Angst voor aansprakelijkheid?’, L&S 2022/12, afl. 3. [Letsel en Schade]
Handelen artsen defensief door angst voor medische aansprakelijkheid? Het wordt vaak beweerd, maar is de angst werkelijk zo groot? En welke rol spelen dan civiele aansprakelijkheid, tuchtrechtelijke aansprakelijkheid en strafrechtelijke aansprakelijkheid? De auteur onderzocht onder meer of huisartsen en gynaecologen het medisch aansprakelijkheidsrecht kennen, en of zij zich door dat recht beïnvloed voelen in hun professionele handelen. Ze beschrijft hier de onderzoeksmethoden en de onderzoeksresultaten van een kwalitatief onderzoek met interviews onder 27 artsen. De auteur concludeert onder andere dat angst voor tuchtrechtelijke aansprakelijkheid weliswaar veel voorkomt, maar dat die niet altijd gevolgen heeft voor het medisch handelen.
J. Roth & M. de Ridder, ‘Recht op inzage in medisch advies bij medische aansprakelijkheid’, L&S 2022/11, afl. 3. [Letsel en Schade]
Een patiënte stelt een ziekenhuis aansprakelijk omdat zij van mening is dat bij haar behandeling een medische fout is gemaakt. De aansprakelijkheidsverzekeraar van het ziekenhuis wordt verzocht om een medisch advies uit te brengen over de vraag of lege artis is gehandeld. De advocaat van de patiënte vraagt om een kopie van het medisch advies dat de beoordelend arts heeft opgesteld. De verzekeraar weigert een kopie te verstrekken. Mag deze medisch adviseur van (de verzekeraar van) het ziekenhuis verstrekking van het medisch advies weigeren? Ofwel: heeft de patiënt een inzagerecht als het gaat om dit advies?
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl
Met vriendelijke groet,
Ilona van der Zalm, Armin Vorsselman & Arvin Kolder
PS Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Hypothetische situatie zonder ongeval. Vrouw overkomt ongeval op moment dat zij arbeidsongeschikt is vanwege burn-outklachten. Zij vordert vergoeding van de inkomens- en pensioenschade die zij stelt te hebben geleden na het ongeval. De vrouw heeft onvoldoende onderbouwd dat zij ten tijde van het ongeval bijna of volledig hersteld was van de psychische klachten, en dat zij zonder ongeval in staat was geweest loonvormende arbeid te verrichten. Er is geen sprake van secundaire victimisatie doordat de verzekeraar de vrouw als psychiatrisch patiënt aanmerkt: geen aanspraak op vergoeding van extra smartengeld. 11-10-2022
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Schadevergoeding na mishandeling. Man heeft 30% eigen schuld aan de schade (stomp in het gezicht) door met een glas te gooien en zich daarna met een fles te bewapenen. Geen billijkheidscorrectie. Het hof kent, anders dan de rechtbank, een hoger bedrag aan smartengeld toe rekening houdend met het feit dat de man een neusfractuur en gehoorschade heeft opgelopen. 11-10-2022
Rechtbank
- Rechtbank Oost-Brabant Veroordeling van de Staat der Nederlanden tot het betalen van een immateriële en materiële schadevergoeding in verband met onterechte zorgmachtiging, op basis waarvan betrokkene 172 dagen zonder juridische titel in instelling heeft verbleven. 12-10-2022
- Rechtbank Den Haag Overheidsaansprakelijkheid. De Staat is schadeplichtig jegens de rechtspersonen op grond van onrechtmatige daad, vanwege optreden van de politie en justitie. Nu sprake is van gebleken onschuld, moeten de persberichten waarin gesproken werd van ‘verdachten’ door de Staat worden gerectificeerd. Aan natuurlijk persoon wordt immateriële schadevergoeding van € 20.000 toegekend, nu zijn lichamelijke en geestelijke gezondheidstoestand door de voorlopige hechtenis langdurig zijn verslechterd. Ook is sprake van aantasting van de eer en goede naam. Aan de betrokken bv’s wordt geen immateriële schadevergoeding toegekend, nu volgens de rechtbank de daarvoor vereiste zeer bijzondere omstandigheden ontbreken. 12-10-2022
- Rechtbank Rotterdam Scooterrijder loopt bij val letsel op en stelt de gemeente aansprakelijk op grond van artikel 6:174 BW en subsidiair op grond van artikel 6:162 BW. De gemeente heeft de gestelde toedracht uitdrukkelijk betwist en de scooterrijder heeft de toedracht verder niet onderbouwd. Nadere bewijslevering is dus noodzakelijk, waarvoor in een deelgeschilprocedure geen plaats is. 11-10-2022
- Rechtbank Noord-Nederland Machinist van Arriva raakt arbeidsongeschikt na meerdere heftige gebeurtenissen tijdens zijn werkzaamheden. Arriva is niet tekortgeschoten in de zorgplicht. De machinist heeft van Arriva gedurende langere perioden psychische begeleiding van professionals gekregen en de bedrijfsarts is nauw betrokken geweest bij het proces. Geen aansprakelijkheid ex artikel 7:658 BW. 11-10-2022
- Rechtbank Den Haag Afwijzing verzoek tot gelasten voorlopig deskundigenonderzoek. Aanrijding tussen twee bestelbusjes. Er is onder andere niet vast komen te staan dat het huidig medisch dossier van de man volledig en betrouwbaar is. Eveneens onduidelijkheid over eerdere aanrijding. Bij deze stand van zaken is een neurologisch onderzoek naar de vraag of de klachten verband houden met het ongeval niet zinvol. 07-10-2022
- Rechtbank Den Haag Man stelt ziekenhuis en huisartsenpost aansprakelijk omdat zij volgens hem onjuist hebben gehandeld voor wat betreft zijn sportblessure. Geen overschrijding van de klachttermijn ex artikel 6:89 BW. Het ziekenhuis en de huisartsenpost zijn niet toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de geneeskundige behandelingsovereenkomst. Centrale aansprakelijkheid van het ziekenhuis is dus ook niet aan de orde. 05-10-2022
- Rechtbank Amsterdam Berekening verlies verdienvermogen, onder andere fiscale component. De rechtbank acht gezien HR 24 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1963 (vermogensrendementsheffing) en de aangekondigde stelselwijziging ter zake een berekening op basis van het werkelijke rendement het meest juist. 28-09-2022
- Rechtbank Midden-Nederland Verkeersaansprakelijkheid. Ongeval met meerdere voertuigen. Geen sprake van een verkeersfout. De vordering betreffende een voorschot op de schade wordt toegewezen. 01-06-2022