Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Updates aan.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Toekenning immateriële schadevergoeding aan glazenwasser doordat een andere glazenwasser op hem inrijdt met zijn bus.
Tussen twee glazenwassers heeft een confrontatie plaatsgevonden, waarvoor beiden strafrechtelijk zijn veroordeeld. Eén van de glazenwassers is strafrechtelijk veroordeeld voor poging tot zware mishandeling door met zijn bus in te rijden op de andere glazenwasser. Het hof is, anders dan de rechtbank, van oordeel dat de glazenwasser met de medische verklaring voldoende heeft aangetoond dat hij als gevolg van het feit dat de andere glazenwasser met zijn bus op hem is ingereden, een acute stressstoornis heeft opgelopen. Volgens het hof is dit niet vreemd, omdat hij nog maar net heeft kunnen wegspringen voor de bus van de glazenwasser. Het hof begroot deze immateriële schade op € 900. Voor een hoger bedrag aan immateriële schadevergoeding ziet het hof geen aanleiding, omdat de man zijn psychische behandeling tijdens de rechtbankprocedure onvoldoende heeft onderbouwd en toegelicht (PS 2023-0222).
Conclusie advocaat-generaal Hartlief: geen werkgeversaansprakelijkheid bij huis-tuin-en-keukenongeval?
Conclusie advocaat-generaal Hartlief. Arbeidsongeval. Zowel de formele als materiële werkgever zijn aangesproken op grond van artikel 7:658 BW na val van een werknemer bij spuitwerkzaamheden in een spuitcabine. Dat de exacte toedracht van het ongeval niet is vastgesteld, doet niets af aan het oordeel dat schade is geleden in de uitoefening van de werkzaamheden. Werkgeversaansprakelijkheid vanwege huis-tuin-en-keukenongeval niet steeds uitgesloten, daar werknemers wellicht niet altijd optimaal geconcentreerd en alert zullen zijn, wat aanleiding kan geven tot door de werkgever te treffen maatregelen. Voor wat betreft de overweging dat het risico op vallen eenvoudig tot nul kon worden gereduceerd kan niet worden afgeleid dat het hof van een risicoaansprakelijkheid is uitgegaan. Het hof heeft geoordeeld over een specifiek valgevaar tijdens het uitvoeren van werkzaamheden in een spuitcabine dat eenvoudig voorkomen kon worden; niet dat iedere val van een hoogte van 50 cm had moeten worden voorkomen. Conclusie strekt tot verwerping van het cassatieberoep (PS 2023-0219).
Conclusie advocaat-generaal Lindenbergh: bestaande whiplashklachten worden verergerd door achteropaanrijding, causaal verband tussen (bestaande) klachten en ongeval?
Conclusie advocaat-generaal Lindenbergh. Ex-rijschoolhouder wordt van achteren aangereden als gevolg waarvan hij letsel oploopt. Echter had de man voor het ongeval al pijnklachten en beperkingen van de nek, schouder en rechterarm, die werden toegeschreven aan een hernia, en is hij deels arbeidsongeschikt. Na het ongeval wordt de man volledig arbeidsongeschikt verklaard. Het hof is van oordeel dat niet is komen vast te staan dat sprake is geweest van een toegenomen arbeidsongeschiktheid als gevolg van de achteropaanrijding. Op de mogelijkheid van het bestaan van niet-medisch objectiveerbare, maar wel, reële klachten en causaal verband tussen het ongeval en deze klachten is het hof in het eindarrest niet nader ingegaan, terwijl het hof evenmin heeft overwogen dat de man hierover te weinig heeft gesteld. Daarmee is het oordeel van het hof volgens de advocaat-generaal onvoldoende gemotiveerd. De advocaat-generaal concludeert dat enkele subonderdelen van het cassatiemiddel gegrond zijn en concludeert tot vernietiging van het arrest van het hof met verwijzing (PS 2023-0216).
Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.
A.J.J.G. Schijns, ‘Naar een evenwichtig compensatiestelsel misdrijfschade’, AV&S 2023/8.
P. Oskam, ‘CROW-richtlijnen: richtinggevend of doorslaggevend’, AV&S 2023/9.
W.J. van Driel, ‘Advocaatkosten en artikel 7:959 lid 1 BW’, AV&S 2023/10.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl
Met vriendelijke groet,
Ilona van der Zalm, Armin Vorsselman & Arvin Kolder
PS Updates
Hoge Raad
- Parket bij de Hoge Raad Strafrecht. Conclusie advocaat-generaal Hofstee. Vergismoord in een ondergrondse parkeergarage in Amsterdam door met vuurwapens op de auto van slachtoffer(s) te schieten. De ouders van het dodelijk getroffen slachtoffer stellen twee cassatiemiddelen in. Het eerste middel richt zich tegen het oordeel van het hof dat geen sprake is van een directe confrontatie met de ernstige gevolgen van het misdrijf wat betreft de gestelde shockschade. Het tweede middel klaagt dat het hof ten onrechte de vorderingen van de benadeelde partijen tot vergoeding van de immateriële schade op grond van artikel 6:106 sub b BW heeft afgewezen. De advocaat-generaal acht beide cassatiemiddelen gegrond. 18-04-2023
- Parket bij de Hoge Raad Conclusie advocaat-generaal Hartlief. Arbeidsongeval. Zowel de formele als materiële werkgever zijn aangesproken op grond van artikel 7:658 BW na val van een werknemer bij spuitwerkzaamheden in een spuitcabine. Dat de exacte toedracht van het ongeval niet is vastgesteld, doet niets af aan het oordeel dat schade is geleden in de uitoefening van de werkzaamheden. Hoewel er gevallen zijn waarin het te ver gaat om zorg van de werkgever te verlangen en in plaats daarvan op de eigen verantwoordelijkheid (oplettendheid en voorzichtigheid) van de werknemer mag worden gerekend, lijkt het niet verstandig om in dit verband te spreken van een bijzondere categorie van ‘huis-tuin-en-keukengevaren’ of ‘huis-tuin-en-keukenongelukken’. Dat doet niet alleen geen recht aan de rechtspraak van de Hoge Raad die niet in die sleutel staat, maar vooral ook niet aan het gegeven dat alledaagse gevaren in de context van het werk, bijvoorbeeld door het structurele karakter van de blootstelling maar ook door het gegeven dat werknemers juist ook bij dit type werkzaamheden niet altijd optimaal geconcentreerd en alert zullen zijn, wel degelijk serieus kunnen worden zodat zij aanleiding geven tot door de werkgever te treffen maatregelen. Uit de overweging dat het risico op vallen eenvoudig tot nul kon worden gereduceerd kan niet worden afgeleid dat het hof van een risicoaansprakelijkheid is uitgegaan. Omdat het risico op schade eenvoudig tot nul kon worden gereduceerd, kon in redelijkheid worden verwacht dat maatregelen zouden worden genomen. Het hof heeft dus geoordeeld over een specifiek valgevaar tijdens het uitvoeren van werkzaamheden in een spuitcabine dat eenvoudig voorkomen kon worden. Het hof heeft niet geoordeeld dat iedere val van een hoogte van 50 cm had moeten worden voorkomen. Conclusie strekt tot verwerping van het cassatieberoep. 24-03-2023
- Parket bij de Hoge Raad Conclusie advocaat-generaal Lindenbergh. Ex-rijschoolhouder wordt van achteren aangereden als gevolg waarvan hij letsel oploopt. Echter had de man voor het ongeval al pijnklachten en beperkingen van de nek, schouder en rechterarm, die werden toegeschreven aan een hernia, en is hij deels arbeidsongeschikt. Na het ongeval wordt de man volledig arbeidsongeschikt verklaard. Het hof is van oordeel dat niet is komen vast te staan dat sprake is geweest van een toegenomen arbeidsongeschiktheid als gevolg van de achteropaanrijding. Op de mogelijkheid van het bestaan van niet-medisch objectiveerbare, maar wel, reële klachten en causaal verband tussen het ongeval en deze klachten is het hof in het eindarrest niet nader ingegaan, terwijl het hof evenmin heeft overwogen dat de man hierover te weinig heeft gesteld. Daarmee is het oordeel van het hof volgens de advocaat-generaal onvoldoende gemotiveerd. De advocaat-generaal concludeert dat enkele subonderdelen van het cassatiemiddel gegrond zijn en concludeert tot vernietiging van het arrest van het hof met verwijzing. 17-03-2023
Hof
- Gerechtshof Den Haag Tussen twee glazenwassers heeft een confrontatie plaatsgevonden, waarvoor beiden strafrechtelijk zijn veroordeeld. Eén van de glazenwassers is strafrechtelijk veroordeeld voor poging tot zware mishandeling door met zijn bus in te rijden op de andere glazenwasser. Het hof is, anders dan de rechtbank, van oordeel dat de glazenwasser met de medische verklaring voldoende heeft aangetoond dat hij als gevolg van het feit dat de andere glazenwasser met zijn bus op hem is ingereden, een acute stressstoornis heeft opgelopen. Volgens het hof is dit niet vreemd, omdat hij nog maar net heeft kunnen wegspringen voor de bus van de glazenwasser. Het hof begroot deze immateriële schade op € 900. Voor een hoger bedrag aan immateriële schadevergoeding ziet het hof geen aanleiding, omdat de man zijn psychische behandeling tijdens de rechtbankprocedure onvoldoende heeft onderbouwd en toegelicht. 11-04-2023
- Gerechtshof Den Haag Verkeersongeval. Vordering tegen waarborgborgfonds motorverkeer wegens gestelde aanrijding door niet nader aangeduide vrachtwagen met onbekende bestuurder. Het hof wijst, net als de rechtbank, de vordering af nu niet is komen vast te staan of sprake is geweest van een aanrijding met een niet nader aangeduide vrachtwagen. 21-03-2023
Rechtbank
- Rechtbank Rotterdam Deelgeschil. Verkeersongeval tussen twee automobilisten. Sindsdien ervaart de aangereden automobilist hoofdpijn-, nekpijn- en radiculaire klachten. De rechtbank oordeelt over het causaal verband tussen het ongeval en de klachten en komt tot het oordeel dat de hoofdpijn-, nekpijn- en radiculaire klachten in ieder geval gedurende enige periode na het ongeval, hiervan het gevolg zijn. Looptijdbeperking. 14-04-2023
- Rechtbank Rotterdam Psychische klachten na seksueel misbruik. De rechtbank stelt ambtshalve tussentijds hoger beroep in over het causaal verband tussen de onrechtmatige daad en de psychische klachten en de daaruit volgende schade. 12-04-2023
- Rechtbank Limburg Medische aansprakelijkheid. Weduwe van overleden echtgenoot stelt ziekenhuis aansprakelijk voor de schade die zij heeft geleden als gevolg van het overlijden van haar echtgenoot. Door een partij aangevoerde zwaarwegende en steekhoudende bezwaren tegen het deskundigenbericht kunnen ertoe leiden dat de rechtbank (de conclusie van) het expertiserapport bij de beoordeling buiten beschouwing zal laten. De rechtbank acht het (in gezamenlijke opdracht van partijen opgestelde) deskundigenrapport onvoldoende consistent en deugdelijk gemotiveerd en zal het niet meenemen bij de beoordeling van de gestelde aansprakelijkheid. Partijen mogen zich uitlaten over de naam van een door de rechtbank te benoemen deskundige. 05-04-2023