Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Whiplashletsel na ongeval: voor bewijslevering is medisch aantoonbare verklaring voor de klachten niet noodzakelijk.
Rijschoolhouder is deels arbeidsongeschikt door nekhernia. Ruim een jaar later overkomt de man een ongeval (achteropaanrijding), waardoor de (whiplash)klachten volgens hem zijn toegenomen. Het hof heeft de vordering van de man, dat de WA-verzekeraar van de automobilist die het ongeval heeft veroorzaakt aansprakelijk is voor de toegenomen schade, afgewezen. De Hoge Raad is van oordeel dat het hof zijn arrest onvoldoende heeft gemotiveerd: het hof is in het eindarrest ten onrechte niet ingegaan op de mogelijkheid dat condicio sine qua non-verband kan worden aangenomen, ook indien een aandoening op neurologisch vakgebied niet komt vast te staan (PS 2023-0445).
Bezitter van hond niet aansprakelijk voor val wielrenners.
Wielrenner schrikt van passerende aangelijnde hond, wijkt uit en remt. Als gevolg daarvan komt de achterste wielrenner ten val en raakt te water. De eigenaar van de hond is voor beide schades niet aansprakelijk. De schade van de voorste wielrenner is, gelet op de aard van de aansprakelijkheid van de eigenaar van de hond (art. 6:179 BW) en de ernst van de verwijten, niet aan de eigenaar van de hond toe te rekenen maar aan de achterste wielrenner. De verplichting van de eigenaar van de hond tot vergoeding van de schade van de achterste wielrenner komt geheel te vervallen wegens eigen schuld van de achterste wielrenner. Door de onveilige combinatie van een te hoge snelheid en te weinig afstand kon hij zichzelf niet tijdig tot stilstand brengen (PS 2023-0436).
Affectieschade: onvoldoende aangetoond dat sprake is van ‘ernstig en blijvend’ letsel.
Strafrecht. Veroordeling voor zware mishandeling met voorbedachten rade. Verdachte heeft een steelpan met hete olie over zijn medegedetineerde heen gegooid. Aan het slachtoffer wordt een immateriële schadevergoeding van € 100.000 toegekend. De naasten van het slachtoffer zijn niet-ontvankelijk verklaard in hun vordering tot vergoeding van affectieschade, omdat zij onvoldoende hebben onderbouwd dat sprake is van een blijvende functiestoornis van 70% of meer bij het slachtoffer of dat het letsel in combinatie met andere componenten van het letsel een zodanig verlies of ernstige verstoring van de mogelijkheid tot wezenlijk persoonlijk contact tussen het slachtoffer en diens naasten meebrengt, dat van ‘ernstig en blijvend letsel’ sprake is (PS 2023-0442).
Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.
B.M.G. Bijnen & L. Boor, ‘De betekenis van onzekerheid over de toedracht bij werkgeversaansprakelijkheid voor arbeidsongevallen’, TVP 2023, afl. 3
P. Oskam, ‘De juridische haken en ogen van verhuizing als gevolg van een ongeval’, TVP 2023, afl. 3
A.F. Collignon, ‘De verhouding tussen Richtlijn 2009/103/EG en een nationale regeling die immateriële schadevergoeding van naasten beperkt’, TVP 2023, afl. 3
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl.
Met vriendelijke groet,
Ilona van der Zalm, Armin Vorsselman & Arvin Kolder
PS Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Inzageverzoek ex artikel 843a Rv (deels) toegewezen in het kader van een mogelijke procedure op grond van de artikelen 7:658 en 6:170 BW. Verzoekster heeft aan dit verzoek ten grondslag gelegd dat zij jarenlang op haar werk is blootgesteld aan (seksueel) grensoverschrijdend gedrag van de functioneel leidinggevende, waarvoor zij de formele en materiële werkgever aansprakelijk houdt nu deze op de hoogte van het gedrag van medisch specialist (moeten) zijn geweest. De aansprakelijkheid wordt betwist. Verzoekster is voor de onderbouwing van haar stellingen afhankelijk van de bescheiden die zich in het domein van de aansprakelijkgestelden vinden. 14-09-2023
- Gerechtshof Den Haag Strafrecht. Veroordeling doodslag in verkeerszaak, waarbij twee jongvolwassenen om het leven zijn gekomen. De naasten van het slachtoffer dat kort na het ongeluk in het ziekenhuis is overleden, voegen zich als benadeelde partij. Aan de vader van het slachtoffer wordt € 20.000 affectieschadevergoeding toegekend. De gevorderde shockschadevergoeding wijst het hof af, omdat onvoldoende onderscheid kan worden gemaakt tussen de geestelijke problematiek die (uitsluitend) het gevolg is van het verdriet omtrent het overlijden als gevolg van het strafbare feit (affectieschade) enerzijds, en de schade die (mogelijk) het gevolg is van de confrontatie met de ernstige gevolgen van het ongeval (shockschade) anderzijds. Aan de moeder van het slachtoffer wordt een bedrag van € 20.000 aan affectieschade- én shockschadevergoeding toegekend. Aan de zus wordt een shockschadevergoeding van € 20.000 toegekend. Zij heeft het slachtoffer kort na het ongeval in het ziekenhuis zeer ernstig gewond aangetroffen. Terwijl haar ouders in het buitenland verbleven en zo snel mogelijk probeerden terug te reizen, is zij opgehaald door de politie en is zij twee dagen in het ziekenhuis gebleven, terwijl het slachtoffer kunstmatig in leven werd gehouden. 14-09-2023
Rechtbank
- Rechtbank Noord-Holland Strafrecht. Veroordeling voor zware mishandeling met voorbedachten rade. Verdachte heeft een steelpan met hete olie over zijn medegedetineerde heen gegooid. Aan het slachtoffer wordt een immateriële schadevergoeding van € 100.000 toegekend. De naasten van het slachtoffer zijn niet-ontvankelijk verklaard in hun vordering tot vergoeding van affectieschade, omdat zij onvoldoende hebben onderbouwd dat sprake is van een blijvende functiestoornis van 70% of meer bij het slachtoffer of dat het letsel in combinatie met andere componenten van het letsel een zodanig verlies of ernstige verstoring van de mogelijkheid tot wezenlijk persoonlijk contact tussen het slachtoffer en diens naasten meebrengt, dat van ‘ernstig en blijvend letsel’ sprake is. 19-09-2023
- Rechtbank Overijssel Deelgeschil. Vrouw is in 2019 betrokken geweest bij een verkeersongeval en kampt sindsdien met fysieke klachten en beperkingen. Om samen met de verzekeraar te komen tot een afwikkeling van de schade heeft zij de rechtbank gevraagd te bepalen dat een partijrapport van een orthopedisch deskundige tot uitgangspunt moet worden genomen. De verzekeraar heeft in een tegenverzoek gevraagd om nadere medische informatie. De rechtbank heeft het verzoek afgewezen omdat van een gezamenlijk rapport niet kan worden gesproken en heeft het tegenverzoek gedeeltelijk toegewezen. Volgens de rechtbank heeft de verzekeraar in het kader van de schadeafwikkeling belang bij de gevraagde originele medische informatie beperkt tot de duur van drie jaar voorafgaand aan het ongeval en te verstrekken aan de medisch adviseur. Ook moet meer informatie worden verstrekt over de arbeidssituatie. 13-09-2023
- Rechtbank Amsterdam Wielrenner schrikt van passerende aangelijnde hond, wijkt uit en remt. Als gevolg daarvan komt de achterste wielrenner ten val en raakt te water. De eigenaar van de hond is voor beide schades niet aansprakelijk. De schade van de voorste wielrenner is, gelet op de aard van de aansprakelijkheid van de eigenaar van de hond (art. 6:179 BW) en de ernst van de verwijten, niet aan de eigenaar van de hond toe te rekenen maar aan de achterste wielrenner. De verplichting van de eigenaar van de hond tot vergoeding van de schade van de achterste wielrenner komt geheel te vervallen wegens eigen schuld van de achterste wielrenner. Door de onveilige combinatie van een te hoge snelheid en te weinig afstand kon hij zichzelf niet tijdig tot stilstand brengen. 08-09-2023
- Rechtbank Amsterdam Wielrenner schrikt van passerende aangelijnde hond, wijkt uit en remt. Als gevolg daarvan komt de achterste wielrenner ten val en raakt te water. De eigenaar van de hond is voor beide schades niet aansprakelijk. De schade van de voorste wielrenner is, gelet op de aard van de aansprakelijkheid van de eigenaar van de hond (art. 6:179 BW) en de ernst van de verwijten, niet aan de eigenaar van de hond toe te rekenen maar aan de achterste wielrenner. De verplichting van de eigenaar van de hond tot vergoeding van de schade van de achterste wielrenner komt geheel te vervallen wegens eigen schuld van de achterste wielrenner. Door de onveilige combinatie van een te hoge snelheid en te weinig afstand kon hij zichzelf niet tijdig tot stilstand brengen. 08-09-2023
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant De hond van gedaagde zou de hond van eiser hebben gebeten. Eiser heeft hierdoor schade geleden in de vorm van kosten van behandeling door de dierenarts. Nu vast is komen te staan dat gedaagde niet de bezitter is van de hond, slaagt het beroep op artikel 6:179 BW niet. Gedaagde heeft ex artikel 6:162 BW wel een onrechtmatige daad gepleegd jegens eiser door de hond onvoldoende onder controle te houden, maar de schade is door eiser onvoldoende onderbouwd. De vordering wordt daarom afgewezen. Het gevorderde contactverbod wordt eveneens afgewezen. 30-08-2023
- Rechtbank Rotterdam Deelgeschil. Vleesbewerker raakt tijdens het uitoefenen van haar werkzaamheden gewond aan haar rechterarm, doordat een collega met een mes in haar arm snijdt. De toedracht wordt door de werkgever te laat betwist, terwijl het juist op de weg van de werkgever had gelegen onmiddellijk na het incident te vragen wat er precies was gebeurd. De rechtbank neemt de door de werknemer geschetste gang van zaken als uitgangspunt. Werkgever heeft onvoldoende aan haar zorgplicht voldaan. Aansprakelijkheid ex artikel 7:658 BW aangenomen. 23-08-2023
- Rechtbank Rotterdam Zoon is strafrechtelijk veroordeeld voor mishandeling van zijn moeder. Moeder vordert als gevolg hiervan zowel materiële als immateriële schadevergoeding. In de strafrechtelijke procedure is de zoon veroordeeld voor mishandeling. De rechtbank wijst in totaal € 216,11 aan materiële schade toe, bestaande uit reiskosten en kosten voor persoonlijke verzorging. Het smartengeld wordt bepaald op een bedrag van € 1.500, nu de vrouw onweersproken heeft gesteld dat de mishandeling een grote impact op haar heeft gehad en ze sindsdien nog steeds pijn en klachten ervaart. 18-08-2023
- Rechtbank Midden-Nederland Aanrijding tussen twee automobilisten. Partijen hebben een vaststellingsovereenkomst gesloten waarmee zij de discussie over de toedracht van de aanrijding en de schadeplichtigheid hebben beëindigd. Beroep op dwaling door eiser omtrent het sluiten van de overeenkomst slaagt niet. Dat sprake was van een verkeerde voorstelling van zaken over de omvang van de uitkering heeft hij aan zichzelf te wijten. Eiser heeft onrechtmatig gehandeld tegenover gedaagde en/of misbruik gemaakt van zijn procesrecht door deze procedure voort te zetten in plaats van in te trekken, zoals tussen partijen was afgesproken. 16-08-2023
- Rechtbank Amsterdam Deelgeschil. Voetganger steekt over bij een zebrapad, waarbij hij wordt aangereden en met zijn hoofd tegen de voorruit van het voertuig is geslagen en wordt meegesleurd. De schaderegeling heeft in een periode van drie jaar stilgelegen vanwege het vermoeden van pre-existente verslavingsproblematiek. Ter zake van een stoornis in alcoholgebruik hebben partijen een psychiatrische expertise laten verrichten. Het slachtoffer heeft voldoende steekhoudende en zwaarwegende bezwaren tegen dit psychiatrisch expertiserapport geuit. Dit betekent dat het rapport niet de conclusie van de verzekeraar rechtvaardigt dat de psychische en/of cognitieve klachten van het slachtoffer die in de periode na het ongeval zijn ontstaan, als indirect ongevalsgevolg zijn uitgesloten. De rechtbank beveelt een nieuw psychiatrisch deskundigenonderzoek. 24-07-2023