Naar boven ↑

Update

Nummer 4, 2023
Uitspraken van 24-01-2023 tot 30-01-2023
Redactie: Mr. H. Vorsselman, mr. drs. I. van der Zalm, mr. Y. Bosschaart en J. Stulp.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe PS Update aan. 

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.

Gemeente als wegbeheerder aansprakelijk voor ongevallen door omgewaaid schrikhek.
Gemeente is aansprakelijk als wegbeheerder voor twee ernstige scooterongevallen, waarvan één fataal, door een omgewaaid schrikhek. Gezien de weersomstandigheden en het onstuimige weer had de gemeente extra voorzorgsmaatregelen kunnen (en moeten) nemen, door onder andere de hekken (meer) te controleren en te verzwaren met bijvoorbeeld zandzakken. De gemeente heeft het hek pas verzwaard na het ongeval (PS 2023-0060).

Eigen schuld passagier vanwege meerijden met autobestuurder die lachgas gebruikt.
Deelgeschil. Bestuurder van personenauto onder invloed van lachgas botst met hoge snelheid tegen stilstaande pijlwagen. Als gevolg van deze botsing loopt de passagier zwaar lichamelijk letsel op. Het ongeluk (en de schade) is een gevolg van omstandigheden die zowel aan de bestuurder als aan de passagier kunnen worden toegerekend. De rechtbank is van oordeel dat de bestuurder roekeloos heeft gereden en een ernstig verwijtbare verkeersfout heeft gemaakt. De passagier heeft de bestuurder tijdens het rijden lachgasballonnen aangereikt, en wist of had kunnen weten welke risico’s het gebruik van lachgas tijdens het autorijden heeft. De passagier heeft 50% eigen schuld aan het ontstaan van zijn schade. Geen toepassing van de billijkheidscorrectie (PS 2023-0062).

Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.

S.M.E. de Haan, annotatie JA bij: ‘Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 27-09-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:8334, nr. 200.281.110/01’, JA 2023/2. Zie ook PS 2022-0614.
Het besproken arrest is een vervolg op hof Arnhem-Leeuwarden 17 december ECLI:NL:GHARL:2019:10717, «JIN» 2020/10, m.nt. M.E. Witting, waarin is geoordeeld dat de eigenaar/huurder die de woning als hoofdverblijf gebruikt, recht heeft op schadevergoeding indien aan de woning minimaal twee afzonderlijke meldingen van A-schade (schade die is veroorzaakt door de aardbeving) of B-schade (schade die is verergerd door de aardbeving) zijn vastgesteld. De eigenaar van de beschadigde woning stelt zich op het standpunt dat is voldaan aan de vereisten voor het recht op smartengeld, ook al bewoonde geïntimeerde de woning in de periode tussen de twee schademeldingen niet zelf. Dit laatste staat niet aan toewijzing smartengeld in de weg. 

E.W. Bosch, annotatie JA bij: ‘Rechtbank Rotterdam, 7-10-2022, ECLI:NL:RBROT:2022:8724, nr. 9689076 22-1221’, JA 2023/4. Zie ook PS 2022-0660.
Op 13 december 2019 komt, tijdens de try-out van het Winterterras, een vrijwillige baanwacht op de ijsbaan ten val. Hierdoor ontstaat elleboogletsel, waaraan hij geopereerd wordt. De baanwacht stelt de organisatie van Winterterras op grond van art. 7:658 lid 4 jo. lid 2 BW aansprakelijk voor de geleden en nog te lijden schade. De kantonrechter acht schending van de instructieplicht aan de orde. De aansprakelijkheid van de organisator wordt aangenomen. 

L. Boor, ‘Vergoeding van gemiste zwarte inkomsten: hoe nu verder?’, PPS-Bulletin 2022/4, p. 4.
Het debat over de vraag hoe bij het begroten van letselschade moet worden omgegaan met gederfde zwarte inkomsten komt eens in de zoveel tijd tot leven, om vervolgens weer in een impasse te raken. In deze bijdrage constateert de auteur een aantal redenen waarom dit debat steeds vastloopt. Tot slot doet de auteur aan de hand van een nog niet belichte variant op de zwartwerkcasus een aanzet om de discussie weer op gang te krijgen. Want wat is rechtens als de (voorheen) zwartwerkende benadeelde ook uitkeringsfraude pleegde?

K. Demmer & R. Wieskamp, ‘Verrekenen van de transitievergoeding met de schadevergoeding: een update en stappenplan’, PPS-Bulletin 2022/4, p. 11.
In het PIV-Bulletin van juni 2020 verscheen al een artikel over de voordeelsverrekening bij de transitievergoeding. De auteurs geven in dit artikel een korte update, waarbij ze de nieuwe relevante jurisprudentie sindsdien bespreken. Zij sluiten af met een praktisch stappenplan waarmee beoordeeld kan worden of verrekening in een letselschadedossier al dan niet redelijk is.

N. Verhoeks, ‘De SVI en buitengerechtelijke kosten: altijd recht op een vergoeding van buitengerechtelijke kosten?’, PPS-Bulletin 2022/4, p. 17
In deze bijdrage bespreekt de auteur het arrest van de Hoge Raad van 9 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1174 over de al dan niet vergoeding van buitengerechtelijke kosten bij de SVI-verzekering. 

Chr. van Dijk & H. Verdam, ‘Omgaan met onzekerheid bij predispositie. Deel 1: de recente rechtspraak van de Hoge Raad’, PPS-Bulletin 2022/4, p. 18
Dit artikel is onderdeel van een tweeluik. In het eerste deel, bespreken de auteurs de recente rechtspraak van de Hoge Raad ten aanzien van het predispositie-leerstuk en in het bijzonder het arrest van de Hoge Raad van 22 april 2022, ECLI:NL:HR:2022:590. In een volgend PPS-Bulletin zullen de auteurs hun idee van een onzekerheidscorrectie verder uitwerken en betogen dat dit een goede manier is om recht te doen aan de onzekerheden die spelen bij een (mogelijke) predispositie.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl

Met vriendelijke groet,
Ilona van der Zalm, Armin Vorsselman & Arvin Kolder
PS Updates

Hof

Rechtbank