Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Updates aan.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Organisator hindernisbaan niet aansprakelijk voor schade van uitgegleden deelnemer.
Deelnemer aan obstakelrun, waarbij met lucht gevulde hindernissen die zich in het water bevinden moeten worden gepasseerd, loopt ernstig letsel op na mislukte sprong van een obstakel. De deelnemer stelt de organisator van de run aansprakelijk voor de geleden en nog te lijden schade. De rechtbank komt met toepassing van de Kelderluik-criteria tot de conclusie dat organisator niet onrechtmatig heeft gehandeld. Het obstakel is onderdeel van een parcours in het water waarbij hindernissen door deelnemers moeten worden overbrugd. Dat draagt naar zijn aard het risico in zich dat deelnemers uitglijden en ongelukkig terechtkomen, maar dat risico is evident en in redelijkheid niet te voorkomen. Bovendien was het risico niet zodanig dat de organisator maatregelen had kunnen en moeten treffen om te voorkomen dat de deelnemer besloot van het obstakel te springen en vervolgens uitgleed (PS 2024-0197).
Huisarts niet aansprakelijk voor letsel patiënt na uitschrijven stoprecept cholesterolverlagende medicatie.
Medische aansprakelijkheid. Patiënt krijgt van huisarts een stoprecept voorgeschreven wegens verhoogde cholesterol. Een paar maanden later maakt de patiënt een herseninfarct door. De patiënt houdt de huisarts aansprakelijk op grond van artikel 6:74 jo. 6:162 BW. De rechtbank oordeelt dat de huisarts niet onzorgvuldig heeft gehandeld door een stoprecept voor cholesterolverlagende medicatie uit te schrijven. Op basis van het huisartsenjournaal (waarbij in beginsel van de juistheid van hetgeen daarin staat vermeld wordt uitgegaan) stelt de rechtbank vast dat de patiënt op eigen initiatief is gestopt met de medicatie en dat hij dat tijdens het consult aan zijn huisarts heeft medegedeeld. Daarnaast speelt mee dat de patiënt therapieontrouw was en zonder overleg met de medicatie stopte (non-compliance gedrag). De vorderingen worden afgewezen (PS 2024-0195).
Onvoldoende bewijs dat fietsster ten val is gekomen door een passerende vrachtwagen.
Eindvonnis na getuigenverhoren en deskundigenbericht. Letselschade na verkeersongeval met fiets. Volgens de rechtbank is er onvoldoende bewijs dat de vrouw in haar val van de fiets een juist op dat moment passerend voertuig van het GVB heeft geraakt, hoewel verschillende getuigen dat wel zo hebben verklaard. Er is geen reden om te twijfelen aan de oprechtheid van de getuigen, maar wel zijn er opvallende verschillen in de getuigenverklaringen. De waarnemingen zijn mogelijk beïnvloed door later verkregen informatie of suggestie. Daarnaast wijst het overige bewijsmateriaal niet op een aanraking met het voertuig (PS 2024-0199).
Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.
E.F.D. Engelhard & I.M. Engelhard, ‘Over gezichtspunten en aannames bij de begrenzing van het recht op schadevergoeding bij shockschade in en na Hoogeveen’, TVP 2024, afl. 1
J.F. Roth, ‘Whiplash associated disorder en causaal verband. HR 22 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1275’, TVP 2024, afl. 1
L.A.B.M. Wijntjens, ‘Uitspraak inzake dwangarbeid bij de Zusters van de Goede Herder: de toepasselijkheid en het collectief toetsen van de doorbrekingsleer. Rb. Noord-Holland 29 maart 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:2811’, TVP 2024, afl. 1
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl
Met vriendelijke groet,
Ilona van der Zalm & Armin Vorsselman
PS Updates
Hof
Rechtbank
- Rechtbank Gelderland Strafrecht. Veroordeling voor het veroorzaken van een dodelijk verkeersongeval ex artikel 6 WVW. Aan de moeder en stiefvader van een van de slachtoffers wordt elk een bedrag van € 6.000 aan shockschadevergoeding toegekend, nu zij in het mortuarium zijn geconfronteerd met het verwonde gezicht en het met glasscherven bedekte stoffelijk overschot. Aan het slachtoffer die het ongeval heeft overleefd wordt een bedrag van € 7.500 aan shockschadevergoeding toegekend. Het slachtoffer zat onder het bloed van de andere overleden slachtoffers en is getuige geweest van het overlijden van een van de inzittenden en vervolgens in het ziekenhuis is geconfronteerd met zijn ernstig gewonde beste vriend die later in zijn bijzijn is overleden. Aan de moeder van het slachtoffer die het ongeval heeft overleefd wordt een bedrag van € 4.500 aan shockschadevergoeding toegekend, nu zij is geconfronteerd met het levensbedreigende interne letsel van haar zoon. 29-03-2024
- Rechtbank Gelderland Verzoek tot voorlopig deskundigenbericht. Verkeersongeval tussen een automobilist en een voetganger, met letsel voor de voetganger tot gevolg. De (medische) causaliteit tussen de pijnklachten en het ongeval staat vast gezien de orthopedische expertises. De orthopedisch chirurgen hebben niet geoordeeld over de pijnklachten en de invloed (op lange termijn) daarvan op het functioneren van de man, wat wel van belang is voor het vaststellen van de schade door het ongeval. Aan het verzoek legt de voetganger ten grondslag dat hij dagelijks pijnklachten ervaart als gevolg van het ongeval die hem beperken in zijn algemeen dagelijks leven en in zijn werk. De rechtbank oordeelt dat het belang tot benoeming van een verzekerings- en revalidatiearts voldoende is onderbouwd. 22-03-2024
- Rechtbank Rotterdam Medische aansprakelijkheid. Bij een patiënt wordt een darmperforatie geconstateerd nadat zij een laparoscopie onderging. De patiënt stelt het ziekenhuis aansprakelijk voor de geleden en nog te lijden schade. De rechtbank wijst een tussenvonnis omdat zij voorlichting door (een) onafhankelijke medische deskundige(n) nodig heeft om te kunnen beoordelen of bij de operatie en in het natraject de nodige zorg in acht is genomen en zo nee, wat de situatie zou zijn geweest wanneer wel de nodige zorg zou zijn betracht. Ook beveelt de rechtbank het ziekenhuis het beschikbare beeldmateriaal van de operatie te overleggen. Het beroep op schending van de informatieplicht en het beroep op de redelijkheid en billijkheid kunnen naar het oordeel van de rechtbank niet tot toewijzing van de vorderingen leiden. 20-03-2024
- Rechtbank Limburg Medische aansprakelijkheid. Patiënt krijgt van huisarts een stoprecept voorgeschreven wegens verhoogde cholesterol. Een paar maanden later maakt de patiënt een herseninfarct door. De patiënt houdt de huisarts aansprakelijk op grond van artikel 6:74 jo. 6:162 BW. De rechtbank oordeelt dat de huisarts niet onzorgvuldig heeft gehandeld door een stoprecept voor cholesterolverlagende medicatie uit te schrijven. Op basis van het huisartsenjournaal (waarbij in beginsel van de juistheid van hetgeen daarin staat vermeld wordt uitgegaan) stelt de rechtbank vast dat de patiënt op eigen initiatief is gestopt met de medicatie en dat hij dat tijdens het consult aan zijn huisarts heeft medegedeeld. Daarnaast speelt mee dat de patiënt therapieontrouw was en zonder overleg met de medicatie stopte (non-compliancegedrag). De vorderingen worden afgewezen. 06-03-2024
- Rechtbank Amsterdam Eindvonnis na getuigenverhoren en deskundigenbericht. Letselschade na verkeersongeval met fiets. Volgens de rechtbank is er onvoldoende bewijs dat de vrouw in haar val van de fiets een juist op dat moment passerend voertuig van het GVB heeft geraakt, hoewel verschillende getuigen dat wel zo hebben verklaard. Er is geen reden om te twijfelen aan de oprechtheid van de getuigen, maar wel zijn er opvallende verschillen in de getuigenverklaringen. De waarnemingen zijn mogelijk beïnvloed door later verkregen informatie of suggestie. Daarnaast wijst het overige bewijsmateriaal niet op een aanraking met het voertuig. 21-02-2024
- Rechtbank Den Haag Deelnemer aan obstakelrun, waarbij met lucht gevulde hindernissen die zich in het water bevinden moeten worden gepasseerd, loopt ernstig letsel op na mislukte sprong van een obstakel. De deelnemer stelt de organisator van de run aansprakelijk voor de geleden en nog te lijden schade. De rechtbank komt met toepassing van de Kelderluik-criteria tot de conclusie dat organisator niet onrechtmatig heeft gehandeld. Het obstakel is onderdeel van een parcours in het water waarbij hindernissen door deelnemers moeten worden overbrugd. Dat draagt naar zijn aard het risico in zich dat deelnemers uitglijden en ongelukkig terechtkomen, maar dat risico is evident en in redelijkheid niet te voorkomen. Bovendien was het risico niet zodanig dat de organisator maatregelen had kunnen en moeten treffen om te voorkomen dat de deelnemer besloot van het obstakel te springen en vervolgens uitgleed. 24-01-2024