Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Updates aan.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Geen geslaagd beroep op art. 15 WAM door verzekeraar, ondanks strafrechtelijke veroordeling bestuurder van gehuurde auto.
Verzekeringsrecht. Verkeersongeval tussen een bestuurder van een gehuurde auto en een fietser, waarbij de fietser ernstig letsel heeft opgelopen. De verzekeraar vergoedt de (letsel)schade van de fietser en zoekt verhaal op de bestuurder, niet zijnde verzekeringnemer. Partijen zijn verdeeld over het antwoord op de vraag of de schade is veroorzaakt door opzet of roekeloosheid zijdens de bestuurder van de gehuurde auto. De rechtbank stelt voorop dat vaststaat, gelet op de strafrechtelijke veroordeling, dat de bestuurder forse verkeersovertredingen heeft gemaakt. In de kern is het verwijtbare rijgedrag terug te voeren op een overschrijding van de maximumsnelheid van ongeveer 20 km/u en op het passeren van een rood verkeerslicht op een kruispunt. Deze verkeersfouten kunnen echter naar het oordeel van de rechtbank afzonderlijk noch tezamen de conclusie dragen dat sprake is geweest van roekeloosheid. Het voorgaande leidt ertoe dat het beroep van de verzekeraar op de uitsluitingsclausule vanwege opzet of roekeloosheid faalt. De schade op grond van de WAM-verzekering is niet van dekking uitgesloten. Aldus is niet voldaan aan de tweede voorwaarde die artikel 15 WAM stelt voor verhaal van schade op de aansprakelijke persoon (PS 2024-0499).
Hof: vallen de BGK van de eerdere belangenbehartigers onder de lumpsum? Uitleg van de vaststellingsovereenkomst.
Man komt ten val in een lijnbus. De aansprakelijkheid voor de gevolgen van de val is door de verzekeraar erkend. De rechtbank heeft in haar eindvonnis geoordeeld dat onvoldoende vast is komen te staan dat de man als gevolg van de val in de bus de (gestelde) fysieke en psychische klachten ondervindt en heeft ondervonden en dat de verzekeraar ter zake van het ongeval met de door haar gedane betalingen finaal van al haar verplichtingen jegens de man is gekweten. Tegen dit vonnis is de man in hoger beroep gekomen. De kern van het geschil in hoger beroep is de vraag of partijen na het bestreden vonnis een vaststellingsovereenkomst hebben gesloten. Het hof komt tot de conclusie dat partijen na het vonnis van de rechtbank een vaststellingsovereenkomst hebben gesloten op grond waarvan de verzekeraar een slotbetaling van € 158.000 aan de man heeft betaald tegen finale kwijting. Het hoger beroep treft geen doel. De man had volgens het hof moeten begrijpen dat de verzekeraar met een aangeboden ‘slotbetaling’ tegen ‘finale kwijting’ en het niet doorzetten van de procedure bij het hof, beoogde dat daarmee een streep werd gezet onder alle schadeposten, dus ook de buitengerechtelijke kosten van eerdere belangenbehartigers en schade wegens secundaire victimisatie (PS 2024-0495).
Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen
E. Braakman, ‘Traumatisch hersenletsel en neurodegeneratieve aandoeningen, L&S 2024/3, p. 3.
J. Keizer, ‘Whiplashzaken: observaties van een letselschadeadvocaat’, L&S 2024/3, p. 6.
A. Santen, ‘Affectieschade ook voor broers en zussen? Kan, maar hou het eenvoudig’, L&S 2024/3, p. 15.
E. van Lindert, ‘Uit de praktijk: posttraumatische klachten van de wervelkolom – Kanttekeningen van een neuroloog’, L&S 2024/3, p. 19
L. Schuurs & M.I. Walburg, annotatie JA bij: ‘Rechtbank Amsterdam 31 juli 2024, nr. C/13/744849 / HA ZA 24-40, ECLI:NL:RBAMS:2024:4843’, JA 2024/150 (Hondenbeet in wang. Risicoaansprakelijkheid dier. 100% eigen schuld)
M.W.E. Lohman, annotatie JA bij: ‘Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 23 juli 2024, nr. 200.335.508_01, ECLI:NL:GHSHE:2024:2400’, JA 2024/154 (Verzekeringsrecht. Schending mededelingsplicht. Tweemaandentermijn art. 7:929 lid 1 BW. Redelijkheid en billijkheid)
A.J. Verheij, ‘Wat is kansschade?’, VR 2024/98
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl.
Met vriendelijke groet,
Ilona van der Zalm & Armin Vorsselman
PS Updates
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
Hof
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag In deze procedure vordert een vader een afschrift van het medisch dossier van zijn zoon die in een justitieel complex zelfmoord heeft gepleegd. De rechtbank wijst deze vordering af, omdat niet is voldaan aan de voorwaarden voor doorbreking van het medisch beroepsgeheim ex artikel 7:458a BW. De zoon heeft bij leven geen toestemming gegeven om gegevens uit zijn medisch dossier met zijn vader te delen. Daarnaast is door het justitieel complex aan de vader geen mededeling gedaan van een niet beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van de aan de zoon verleende zorg. Evenmin is gebleken dat de vader een zwaarwegend belang heeft bij het gevorderde afschrift. De vader heeft gesteld dat hij vermoedt dat fouten zijn gemaakt bij de medische behandeling van zijn zoon, maar hij heeft die vermoedens onvoldoende aannemelijk gemaakt. 23-10-2024
- Rechtbank Rotterdam Strafrecht. Veroordeling voor doodslag. Het slachtoffer is door de verdachte zesmaal op korte afstand in het lichaam geschoten. Aan zowel de moeder als de tante van het overleden slachtoffer wijst de rechtbank een bedrag toe van € 17.500 aan affectieschadevergoeding. Aan de tante komt een geslaagd beroep op de hardheidsclausule ex artikel 6:108 lid 4 sub g BW toe. 23-10-2024
- Rechtbank Midden-Nederland Deelgeschil. De politie houdt een man aan in zijn woning wegens een verdenking van openlijk geweld. Bij de aanhouding is de man met een wapenstok geslagen en door een politiehond in zijn bovenbeen gebeten. Deze procedure gaat over de vraag of de aanhouding onrechtmatig is geweest en de politie aansprakelijk is, en of de man recht heeft op een schadevergoeding. Voor wat betreft de toedracht rondom de aanhouding van de man sluit de kantonrechter aan bij de situatie zoals de politie die heeft geschetst. Namelijk dat de man zich niet liet aanhouden, niks deed met de bevelen en waarschuwingen van de agenten en zich daarmee bleef verzetten. De kantonrechter toetst het verzoek aan het Begaclaim-arrest en komt tot het oordeel dat niet is voldaan aan de b-grond, omdat er geen sprake is van gebleken onschuld en dat ook niet is voldaan aan de a-grond omdat de politie niet in strijd met een publiekrechtelijke norm heeft gehandeld. De vorderingen worden afgewezen. 16-10-2024
- Rechtbank Noord-Holland Deelgeschil. Een vrouw is al fietsend geraakt door een vallende boomtak (door plakoksel). Zij heeft daar zij ernstig letsel aan overhouden. De boom is eigendom van de gemeente. Stadswerk072 voert in opdracht van de gemeente het onderhoud aan de bomen van de gemeente uit. De vrouw stelt beide partijen aansprakelijk voor haar schade. De rechtbank oordeelt dat niet is gebleken dat het zo waarschijnlijk was dat de tak aan de plakoksel zou afbreken dat de gemeente voorzorgsmaatregelen had moeten treffen. Dit leidt tot de conclusie dat niet is gebleken dat de gemeente of Stadswerk072 onrechtmatig tegenover de vrouw hebben gehandeld. 16-10-2024
- Rechtbank Noord-Holland Verzekeringsrecht. Verkeersongeval tussen een bestuurder van een gehuurde auto en een fietser, waarbij de fietser ernstig letsel heeft opgelopen. De verzekeraar vergoedt de (letsel)schade van de fietser en zoekt verhaal op de bestuurder, niet zijnde verzekeringnemer. Partijen zijn verdeeld over het antwoord op de vraag of de schade is veroorzaakt door opzet of roekeloosheid zijdens de bestuurder van de gehuurde auto. De rechtbank stelt voorop dat vaststaat, gelet op de strafrechtelijke veroordeling, dat de bestuurder forse verkeersovertredingen heeft gemaakt. In de kern is het verwijtbare rijgedrag terug te voeren op een overschrijding van de maximumsnelheid van ongeveer 20 km/u en op het passeren van een rood verkeerslicht op een kruispunt. Deze verkeersfouten kunnen echter naar het oordeel van de rechtbank afzonderlijk noch tezamen de conclusie dragen dat sprake is geweest van roekeloosheid. Het voorgaande leidt ertoe dat het beroep van de verzekeraar op de uitsluitingsclausule vanwege opzet of roekeloosheid faalt. De schade op grond van de WAM-verzekering is niet van dekking uitgesloten. Aldus is niet voldaan aan de tweede voorwaarde die artikel 15 WAM stelt voor verhaal van schade op de aansprakelijke persoon. 16-10-2024
- Rechtbank Gelderland Fietser komt ten val door botsing met een verkeerspaal op een betonnen verhoging. Als gevolg van de val heeft de fietser meerdere ribfracturen, een klaplong, een gebroken sleutelbeen en nier- en miltletsel opgelopen. De fietser stelt de gemeente aansprakelijk voor de gevolgen van het ongeval ex artikel 6:174 BW. De gemeente heeft voldoende onderbouwd dat het plaatsen van de paaltjes een noodzakelijke en op zichzelf geschikte maatregel was om te trachten de snelheidsovertredingen op de weg tegen te gaan. De omstandigheid dat het een zogenaamde proefopstelling betrof en dat de paaltjes ongeveer een half jaar na de val door de gemeente weer zijn verwijderd, maakt het voorgaande niet anders. De rechtbank concludeert dat de fietser bijzonder ongelukkig ten val is gekomen, maar de gemeente niet aansprakelijk kan worden gehouden voor de schade als gevolg van de val. De vordering wordt afgewezen. 09-10-2024