Naar boven ↑

Update

Nummer 46, 2024
Uitspraken van 10-12-2024 tot 16-12-2024
Redactie: Mr. H. Vorsselman, mr. drs. I. van der Zalm, mr. Y. Bosschaart en J. Stulp.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe PS Updates aan. 

Deze nieuwsbrief is de laatste van 2024. Op 13 januari 2025 zal de volgende nieuwsbrief verschijnen. Namens de gehele redactie wensen wij u fijne feestdagen en een gelukkig nieuwjaar!

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraak hier voor u uit.

Val op feestlocatie bedrijfsuitje: werkgever aansprakelijk (art. 7:658 BW).
Deelgeschil. De werknemer is tijdens een bedrijfsuitje na middernacht op de feestlocatie gevallen als gevolg van een duw door de directeur. Werknemer bevond zich voor de duw in een stoeipartij met twee collega’s en zij bewogen zich, al wankelende, elkaar vasthoudende, richting een kademuur en werknemer is vervolgens op een lagergelegen steiger gevallen. De werknemer heeft hieraan letsel overgehouden. In dit deelgeschil verzoekt de werknemer de kantonrechter tot het vaststellen van aansprakelijkheid van de werkgever. De werknemer beroept zich op artikel 7:658 BW, waarbij vereist is dat er tussen de activiteit en de werkzaamheden voldoende nauw verband bestaat. De kantonrechter stelt dat het bedrijfsuitje kan worden gezien als een sociale verplichting, mede doordat er sprake is van een klein bedrijf. Daarnaast vond het werkuitje plaats op een reguliere werkdag en iedereen werd verondersteld aanwezig te zijn. Mede door het feit dat met het bedrijfsuitje ook het belang van het bedrijf wordt gediend, kan er volgens de kantonrechter geoordeeld worden dat sprake is van een relevante band tussen de werkzaamheden van de werknemer en het bedrijfsuitje. De kantonrechter oordeelt dat niet aan de zorgplicht van de werkgever is voldaan. De werkgever had als bestuurder en leidinggevende een voorbeeldfunctie en had in de gegeven situatie toezicht moeten houden en verantwoordelijkheid moeten tonen. De kantonrechter acht de werkgever aansprakelijk op grond van artikel 7:658 BW (het ongeval vond plaats ‘in de uitoefening van zijn werkzaamheden’) en is gehouden tot vergoeding van de door de werknemer geleden schade. Het beroep op eigen schuld van de werknemer faalt. Daarvan zou alleen sprake kunnen zijn indien het ongeval tevens aan een mate van opzet of grove schuld van de werknemer te wijten zou zijn. Daarvan is geen sprake (PS 2024-0584).

Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.

R.M.J. van Dort, ‘Zwart werk II bekrachtigt: ‘verlies van arbeidsvermogen’ differentieert niet tussen zwart of wit’, AV&S 2024/31.

A.CH.H. Franken, ‘Verzekering: wie is de sterke resp. zwakke partij?’, AV&S 2024/33. 

E.L. Teichert & S.E.J.P. van den Berg, ‘Toestemming onder druk: een kritische noot bij het oordeel van de Hoge Raad over medische gegevens’, AV&S 2024/34.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl.

Met vriendelijke groet,

Ilona van der Zalm & Armin Vorsselman 
PS Updates

Hof

Rechtbank

Antillen