Update
Geachte heer/mevrouw,
Bijgaand treft u een nieuwe PS Updates aan.
Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.
Rechtbank komt terug van beslissing in deelgeschil. Gemeente toch aansprakelijk voor duikongeval.
Duikongeval met dwarslaesie tot gevolg. In een eerder deelgeschil oordeelde de rechtbank dat de gemeente niet aansprakelijk is voor het ongeval. In deze procedure komt de rechtbank terug op de in een eerder deelgeschil genomen beslissing op basis van nieuwe informatie. Ter plaatste gold toch geen zwemverbod, anders dan de gemeente in deelgeschil had betoogd. De rechtbank beoordeelt de zaak integraal opnieuw aan de hand van de Kelderluik-criteria en komt tot de conclusie dat de gemeente had moeten waarschuwen voor ondiep water ter plaatse en dus aansprakelijk is. Het beroep op eigen schuld slaagt. De rechtbank oordeelt dat de benadeelde voor 50% eigen schuld heeft aan het ongeval. Na weging van de omstandigheden van het geval wordt de schadevergoedingsverplichting van de gemeente met toepassing van de billijkheidscorrectie vastgesteld op 80% (PS 2024-0122).
Moeilijk objectiveerbaar letsel: toekenning voorschot in kort geding ondanks onzekerheden.
Kort geding. Automobilist stelt nog steeds klachten aan zijn hoofd, nek, rug en mentale klachten te hebben als gevolg van een verkeersongeval. De aansprakelijkheid is reeds door de verzekeraar erkend, maar partijen twisten over de vraag of sprake is van klachten en beperkingen en zo ja of sprake is van causaal verband met het ongeval en of de klachten en beperkingen tot schade hebben geleid. In kort geding is voldoende aannemelijk gemaakt dat de klachten bestaan en dat die voor het ongeval niet bestonden. Dit betekent echter niet dat het causaal verband tussen het ongeval en de klachten vaststaat en dat klachten tot beperkingen en schade hebben geleid. Objectief medisch en arbeidsdeskundig onderzoek is nodig. Gelet op de omstandigheden dat gestelde klachten door de aanrijding kunnen zijn ontstaan, sprake is van financiële nood, de kosten voor een multidisciplinaire behandeling niet kunnen worden betaald en de verzekeraar niet voortvarend heeft gehandeld, kent de voorzieningenrechter een aanvullend voorschot toe van € 20.000 (PS 2024-0123).
Verlies arbeidsvermogen: niet benutten verdiencapaciteit aan beide partijen toegerekend.
Verkeersongeval tussen fietser en bromfietser, als gevolg waarvan de fietser gewond is geraakt. In geschil is de benadering van het inkomen zonder ongeval en de vraag of benadeelde partij de schadebeperkingsplicht heeft geschonden door zijn verdienvermogen niet te benutten. Het hof is van oordeel dat de keuze van de benadeelde om geen werk meer te zoeken een tweemaal zo hoge bijdrage heeft geleverd aan het negatieve verschil tussen feitelijke en theoretische verdiencapaciteit als de aan de verzekeraar toe te rekenen omstandigheden. Op grond van de causale verdeling is een ‘eigen schuld’-percentage van 66,67% op zijn plaats. Het hof ziet reden voor een billijkheidscorrectie tot 50% vanwege de uiteenlopende ernst van de gemaakte fouten. Enerzijds valt de benadeelde gezien zijn psychische problematiek een minder groot verwijt te maken van zijn onjuiste keuze en anderzijds valt het de verzekeraar als professionele partij aan te rekenen dat zij (nadat zij eerst vier jaar had geprocedeerd over de aansprakelijkheid en nadat vervolgens na vier jaar nog steeds geen regeling was bereikt) geen concrete stappen heeft ondernomen om te onderzoeken of de schade van de benadeelde niet kon worden beperkt. Anders dan de rechtbank, komt het hof tot het oordeel dat mogelijk wel schade wegens verlies van verdienvermogen is geleden en geleden zal worden. Het hof benoemt een rekenkundige (PS 2024-0128).
Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.
C.J.M. Klaassen, ‘De afwikkeling van massaschade op de voet van de Wamca: werkt het?’, AV&S 2024/2
R.V. Montulet, ‘WAM-verzekeraar kan zich verhalen op verzekerde die een glaasje te veel ophad’, AV&S 2024/3
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl.
Met vriendelijke groet,
Ilona van der Zalm & Armin Vorsselman
PS Updates
Hof
- Gerechtshof Amsterdam Strafrecht. Veroordeling voor openlijke geweldpleging met zwaar lichamelijk letsel tot gevolg. Het slachtoffer heeft door toedoen van verdachte meerdere breuken in het gezicht opgelopen en is aan één oog blind geraakt. Het hof stelt de omvang van de immateriële schade van het slachtoffer vast op een bedrag van € 40.000. Aan de partner van het slachtoffer wordt een bedrag van € 17.500 toegekend, alsmede € 3.000 aan shockschade. De partner van het slachtoffer is fysiek aanwezig geweest bij de gewelddadige confrontatie en heeft gezien hoe haar partner werd aangevallen en daarbij (oog)letsel opliep. 27-02-2024
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Verkeersongeval tussen fietser en bromfietser, als gevolg waarvan de fietser gewond is geraakt. In geschil is de benadering van het inkomen zonder ongeval en de vraag of benadeelde partij de schadebeperkingsplicht heeft geschonden door zijn verdienvermogen niet te benutten. Het hof is van oordeel dat de keuze van de benadeelde om geen werk meer te zoeken een tweemaal zo hoge bijdrage heeft geleverd aan het negatieve verschil tussen feitelijke en theoretische verdiencapaciteit als de aan de verzekeraar toe te rekenen omstandigheden. Op grond van de causale verdeling is een ‘eigen schuld’-percentage van 66,67% op zijn plaats. Het hof ziet reden voor een billijkheidscorrectie tot 50% vanwege de uiteenlopende ernst van de gemaakte fouten. Enerzijds valt de benadeelde gezien zijn psychische problematiek een minder groot verwijt te maken van zijn onjuiste keuze en anderzijds valt het de verzekeraar als professionele partij aan te rekenen dat zij (nadat zij eerst vier jaar had geprocedeerd over de aansprakelijkheid en nadat vervolgens na vier jaar nog steeds geen regeling was bereikt) geen concrete stappen heeft ondernomen om te onderzoeken of de schade van de benadeelde niet kon worden beperkt. Anders dan de rechtbank, komt het hof tot het oordeel dat mogelijk wel schade wegens verlies van verdienvermogen is geleden en geleden zal worden. Het hof benoemt een rekenkundige. 20-02-2024
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Arbeidsconflict tussen advocaat-stagiaire en werkgever. In eerste aanleg heeft de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbonden wegens een verstoorde arbeidsverhouding. De advocaat-stagiaire stelt de werkgever aansprakelijk ex artikel 7:658 en 7:611 BW vanwege psychische klachten en maakt tevens aanspraak op een hogere transitievergoeding en een hogere betaling van achterstallig loon en een bonus. Net als de kantonrechter, oordeelt het hof dat de werkgever niet aansprakelijk is. Wat betreft de nevenverzoeken komt het hof tot lagere bedragen dan de kantonrechter heeft toegewezen. De advocaat-stagiaire moet te veel ontvangen loon terugbetalen. 19-02-2024
- Gerechtshof Amsterdam In hoger beroep stelt werkneemster Samsung aansprakelijk voor de door haar geleden en nog te lijden schade als gevolg van een burn-out en depressie. De werkneemster stelt dat zij psychische klachten heeft ontwikkeld door de werkomstandigheden, die er onder andere uit bestaan dat zij door haar manager is gepest, vernederd en geïntimideerd en dat het onderzoek over haar klacht daarover onzorgvuldig is uitgevoerd. De rechtbank heeft de vordering afgewezen nu de schadelijke werkzaamheden niet zijn komen vast te staan, evenmin als het causaal verband tussen de psychische klachten en de werkomstandigheden. Ook het hof komt tot het oordeel dat de werkgever niet aansprakelijk is voor de schade als gevolg van de burn-out en depressie. Er is niet komen vast te staan dat de werkneemster werkzaamheden heeft moeten verrichten onder omstandigheden die schadelijk waren voor haar gezondheid. 19-12-2023
- Gerechtshof Amsterdam Man bijt (ex-)vrouw hard in haar vinger, met letsel tot gevolg. In de strafrechtelijke procedure is de man vervolgd voor zware mishandeling, maar is een geslaagd beroep op noodweer gedaan (OVAR). In deze procedure vordert de (ex-)vrouw een verklaring voor recht dat de man onrechtmatig heeft gehandeld en wordt veroordeeld tot vergoeding van de schade. Ook hier beroept de man zich op de rechtvaardigingsgrond noodweer. Het hof komt tot de conclusie dat, gelet op de feiten en omstandigheden, voor het bijten in de vinger een rechtvaardigingsgrond bestond. De man werd aangevallen door de vrouw en haar broer en probeerden hem te verstikken. Niet gesteld of gebleken is dat het bijten in de vinger disproportioneel zou zijn, gelet op de levensbedreigende situatie waarin de man zich bevond. 19-12-2023
Rechtbank
- Rechtbank Oost-Brabant Strafrecht. Veroordeling voor doodslag op vier maanden oude dochtertje, poging zware mishandeling en mishandeling van levensgezel. Aan de moeder van het slachtoffer, tevens zelf slachtoffer in deze zaak, wordt een bedrag van € 20.000 aan affectieschadevergoeding, € 25.000 aan shockschadevergoeding (immaterieel) toegekend en een bedrag aan materiële schade. 22-02-2024
- Rechtbank Overijssel Aansprakelijkheid Nederlands bedrijf voor diens ondergeschikte na ongeval van een werknemer van een Duits bedrijf op het terrein van het Nederlandse bedrijf. Vordering ingesteld door zowel de werknemer als diens Duitse werkgever (loonregres). Door het Nederlandse bedrijf is een vordering in reconventie ingesteld stellende dat de Duitse werkgever zijn zorgplicht heeft geschonden jegens diens werknemer en dat sprake is van medeaansprakelijkheid van de Duitse werkgever. In een (eerder) tussenvonnis heeft de rechtbank geoordeeld dat Nederlands recht van toepassing is en het Nederlandse bedrijf in beginsel aansprakelijk is. In deze uitspraak oordeelt de rechtbank dat het verweer van het Nederlandse bedrijf dat het Duitse bedrijf naar Duits recht aansprakelijk is jegens zijn eigen werknemer wordt verworpen en dat de Duitse werkgever dus niet tezamen met het Nederlandse bedrijf medeaansprakelijk is. De vorderingen van de Duitse werknemer en zijn werkgever worden toegewezen. De reconventionele vordering wordt afgewezen. 21-02-2024
- Rechtbank Amsterdam Duikongeval met dwarslaesie tot gevolg. In een eerder deelgeschil oordeelde de rechtbank dat de gemeente niet aansprakelijk is voor het ongeval. In deze procedure komt de rechtbank terug op de in een eerder deelgeschil genomen beslissing op basis van nieuwe informatie. Ter plaatste gold toch geen zwemverbod, anders dan de gemeente in deelgeschil had betoogd. De rechtbank beoordeelt de zaak integraal opnieuw aan de hand van de Kelderluik-criteria en komt tot de conclusie dat de gemeente had moeten waarschuwen voor ondiep water ter plaatse en dus aansprakelijk is. Het beroep op eigen schuld slaagt. De rechtbank oordeelt dat de benadeelde voor 50% eigen schuld heeft aan het ongeval. Na weging van de omstandigheden van het geval wordt de schadevergoedingsverplichting van de gemeente met toepassing van de billijkheidscorrectie vastgesteld op 80%. 21-02-2024
- Rechtbank Noord-Holland Vrijwaringszaak. Eenzijdig verkeersongeval. De inzittende van de auto kan zijn kosten van de behandelend psycholoog niet verhalen op de verzekeraar van de bestuurder, nu inzittende niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van causaal verband tussen de psychische klachten en het ongeval. De tegenvordering van de verzekeraar wijst de rechtbank af, nu er geen sprake is van eigen schuld van de inzittende. Er is volgens de rechtbank niet vast komen te staan dat het ongeval is veroorzaakt door lachgasgebruik en dat de inzittende geen autogordel om had. De verzekeraar heeft met de nadere akte en eisvermeerdering gehandeld in strijd met de eisen van de goede procesorde. 21-02-2024
- Rechtbank Noord-Holland Verkeersongeval door achteropaanrijding. De kern van dit geschil is de vraag of de beperkingen van de achterop aangereden automobiliste tot blijvende arbeidsongeschiktheid hebben geleid. De rechtbank oordeelt dat dit niet het geval is. Tot een bepaalde periode heeft de automobiliste arbeidsvermogensschade geleden. Daarnaast heeft zij ook schade geleden wegens benodigde huishoudelijke hulp, verlies aan zelfwerkzaamheden en overige materiële schade. De verzekeraar moet nog een aanvullend bedrag aan schadevergoeding en smartengeld van ruim € 20.000 vergoeden. Ook moet de verzekeraar een bedrag aan BGK voldoen. 21-02-2024
- Rechtbank Rotterdam Kort geding. Automobilist stelt nog steeds klachten aan zijn hoofd, nek, rug en mentale klachten te hebben als gevolg van een verkeersongeval. De aansprakelijkheid is reeds door de verzekeraar erkend, maar partijen twisten over de vraag of sprake is van klachten en beperkingen en zo ja of sprake is van causaal verband met het ongeval en of de klachten en beperkingen tot schade hebben geleid. In kort geding is voldoende aannemelijk gemaakt dat de klachten bestaan en dat die voor het ongeval niet bestonden. Dit betekent echter niet dat het causaal verband tussen het ongeval en de klachten vaststaat en dat klachten tot beperkingen en schade hebben geleid. Objectief medisch en arbeidsdeskundig onderzoek is nodig. Gelet op de omstandigheden dat gestelde klachten door de aanrijding kunnen zijn ontstaan, sprake is van financiële nood, de kosten voor een multidisciplinaire behandeling niet kunnen worden betaald en de verzekeraar niet voortvarend heeft gehandeld, kent de voorzieningenrechter een aanvullend voorschot toe van € 20.000. 15-02-2024
- Rechtbank Rotterdam Regresvordering. Verzekeraar komt terug op een eerdere erkenning van aansprakelijkheid voor een verkeersongeval omdat volgens de verzekeraar duidelijk is dat de feitelijke toedracht anders was dan aanvankelijk aangenomen en dat het daarmee naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn wanneer zij aan haar erkenning(en) wordt gehouden. De rechtbank oordeelt dat zelfs als er inmiddels een andere feitelijke toedracht van het ongeval zou vaststaan dan de toedracht die ten grondslag lag aan de erkenningen dit op zichzelf onvoldoende reden is om de verzekeraar toe te staan om terug te komen op erkenning van die aansprakelijkheid. De onjuiste voorstelling van de toedracht komt dan, naar verkeersopvattingen voor rekening en risico van de verzekeraar. Het betreft hier een rechtsverhouding tussen aan beide kanten professionele WAM-verzekeraars, in een situatie waarin vanaf het begin onduidelijkheid bestond over de toedracht. Eventuele vergissingen aan de kant van de verzekeraar ter zake erkenning van aansprakelijkheid dienen voor haar rekening als professioneel WAM-verzekeraar te blijven, zeker nu geen sprake is geweest van een overhaaste beslissing. Niet is komen vast te staan dat zij tot die erkenning is gekomen onder invloed van bedrog (art. 3:44 BW). De verzekeraar is gehouden de WAM-schade te vergoeden. 14-02-2024
- Rechtbank Limburg Vordering tot vergoeding van de schade wegens mishandeling door een echtpaar. De vrouw is veroordeeld voor mishandeling en vergoeding van de immateriële schade. Enkele jaren later overlijdt de vrouw. Haar man zit in een verzorgingstehuis en is psychisch onvoldoende in staat is om mee te krijgen wat er op een zitting besproken zou worden. In deze procedure vordert de benadeelde schadevergoeding van de man. De kantonrechter oordeelt dat vaststaat dat de man de benadeelde meermaals heeft geslagen met een stok die was voorzien van iets scherps en dat de benadeelde als gevolg van de mishandelingen is verwond aan zijn linkerhand en -arm. De immateriële schade begroot de kantonrechter op € 5.000, nu het evident is dat de benadeelde ernstig beperkt is in het gebruik van zijn linkerhand. Toekenning van materiële schadeposten. 14-02-2024
- Rechtbank Den Haag Militair raakt tijdens recuperatie in Polen gewond tijdens een avond uit. Partijen verschillen van mening over de vraag of het gaat om een dienstongeval. De rechtbank is van oordeel dat geen sprake is van een dienstgeval. Recuperatie kan naar haar oordeel niet worden gelijkgesteld met een uitzending en er was geen sprake van buitengewone of daarmee vergelijkbare omstandigheden. 20-12-2023
- Rechtbank Gelderland Man zakt tijdens het installeren van zonnepanelen door het dak en komt terecht op een tractor. Als gevolg van de val heeft hij letsel opgelopen. In kort geding vordert de man een voorschot op zijn schade, met als grondslag dat de inlenende werkgever (zo stelt hij) aansprakelijk is voor de schade als gevolg van het ongeval. De kantonrechter komt tot het oordeel dat te veel onzekerheid bestaat over de gestelde rechtsverhoudingen. Er is onvoldoende aangevoerd om tot de aanname te komen dat de aansprakelijk gestelde partij de inlenende werkgever is. Evenmin kan de aansprakelijk gestelde partij bij deze stand van zaken gezien worden als de hoofdaannemer. De vordering kan niet worden toegewezen. 07-12-2023
- Rechtbank Den Haag Schone lei schuldsanering. Man is strafrechtelijk veroordeeld voor poging doodslag van baby. In de civielrechtelijke procedure is de man veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding, welke niet heeft voorgelegen in de strafprocedure. Ten aanzien van de man is de wettelijke schuldsaneringsregeling toegepast. Tussen partijen is in geschil of de vordering op de man na afloop van de schuldsaneringsregeling nog afdwingbaar is: valt deze onder de werking van de ‘schone lei’ ex artikel 358 Fw? De rechtbank oordeelt dat het eindigen van de schuldsaneringsregeling de afdwingbaarheid van de vordering niet aantast. 01-11-2023
- Rechtbank Noord-Holland Mishandeling door portier bij café? Man vordert in deze procedure vergoeding van de geleden en nog te lijden schade als gevolg van een mishandeling door een portier bij een café. Hij stelt dat hij hardhandig naar buiten is gewerkt en daardoor ten val is gekomen. Het glas bier in zijn hand is kapotgegaan, waarbij hij letsel heeft opgelopen. De rechtbank oordeelt dat de man het handletsel heeft bekomen als gevolg van een struikeling en niet door onrechtmatig handelen van de portier. Bovendien kunnen het fysiek ingrijpen, vastpakken en geven van een enkele duw op grond van de rechtspraak tot de bevoegdheden van een portier worden aangemerkt. Geen onrechtmatig handelen. 31-05-2023
- Rechtbank Noord-Holland Man vordert in de hoofdzaak vergoeding van de geleden en nog te lijden schade als gevolg van een mishandeling. De rechtbank oordeelt dat de wederpartij onrechtmatig heeft gehandeld jegens de man door een ijzeren stoel naar hem te gooien. De stoel heeft de hand van de man geraakt waardoor hij letsel heeft opgelopen. Een klein deel van de schadeposten staat in causaal verband met het letsel als gevolg van de mishandeling. De aansprakelijke partij wil de schade verhalen op zijn verzekeraar. In de vrijwaringszaak oordeelt de rechtbank dat de verzekeraar niet gehouden is de schade aan de aansprakelijke partij te vergoeden, omdat de vordering is verjaard ex artikel 7:942 BW. 17-05-2023
- Rechtbank Den Haag Werkneemster komt ten val in trappenhuis van kantoorpand van haar werkgever. De werkgever heeft nagelaten onderzoek te verrichten naar de toedracht van het ongeval, terwijl het ongeval van meet af aan bekend was bij de werkgever en in de RI&E staat geschreven dat het van belang is dat na ieder (bijna-)ongeval een analyse wordt uitgevoerd ‘om risico’s op te sporen en herhaling te voorkomen’. Beroep op artikel 6:89 BW gaat niet op. Er zijn geen gegevens overlegd over de inspectie- en schoonmaakronden en de frequentie daarvan, zodat niet kan worden vastgesteld of het bewuste trappenhuis op die dag is meegenomen in de dagelijkse schoonmaakronde. Nu de werkgever er niet in is geslaagd aan te tonen dat zij aan haar zorgplicht heeft voldaan, is de werkgever aansprakelijk voor het ongeval. 17-06-2021