Naar boven ↑

Update

Nummer 14, 2025
Uitspraken van 8 april 2025 tot 14 april 2025
Redactie: Mr. H. Vorsselman, mr. drs. I. van der Zalm, mr. Y. Bosschaart en J. Stulp.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe PS Updates aan. 

Rechtspraak
Graag wijzen wij u op de sinds de vorige nieuwsbrief verschenen uitspraken, die te raadplegen zijn via de hyperlinks onder aan deze nieuwsbrief. Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit.

Rijden over voet: overmacht automobilist of eigen schuld pakketbezorger?
Hoger beroep. Een automobiliste is met het rechtervoorwiel van haar auto over de voet gereden van een pakketbezorger die de weg opliep terwijl de automobilist een stilstaande vrachtwagen passeerde. De pakketbezorger heeft als gevolg daarvan letsel opgelopen. De rechtbank oordeelde dat het beroep op overmacht niet slaagde, maar het beroep op eigen schuld wel. Het hof bekrachtigt dit oordeel. De automobiliste had vanwege de verkeerssituatie ter plaatse rekening moeten houden met de mogelijkheid dat er in een woonwijk iemand achter de vrachtwagen vandaan zou kunnen komen. De omstandigheid dat zij reed in een elektrische auto had bij haar tot extra waakzaamheid moeten leiden: in de eerste plaats omdat een dergelijke auto (veel) minder goed te horen is, in de tweede plaats omdat een elektrische auto een groter acceleratievermogen heeft dan een auto met een verbrandingsmotor, waardoor de snelheid waarmee de auto optrekt hoger kan zijn dan bij een auto met een verbrandingsmotor. De pakketbezorger had echter voorrang moeten verlenen aan de automobiliste. Het hof is dus evenals de rechtbank van oordeel dat zowel de fout van de pakketbezorger als de automobiliste in gelijke mate aan het ongeval hebben bijgedragen en dat de mate van verwijtbaarheid aan de zijde van de automobiliste groter is dan die van pakketbezorger (PS 2025-0210).

Conclusie advocaat-generaal: vergoedingspercentage bij regres gesubrogeerde zorgverzekeraar.
Conclusie advocaat-generaal Hartlief. Verkeersongeval. Het geschil draait om de vraag of de gesubrogeerde zorgverzekeraar regres kan nemen voor hetzelfde vergoedingspercentage als het verkeersslachtoffer zelf met de aansprakelijkheidsverzekaar is overeengekomen. Het hof is, in navolging van de rechtbank, tot het oordeel gekomen dat de gesubrogeerde zorgverzekeraar aanspraak heeft op een vergoeding van (niet meer dan) 50% van haar schade. Het hof heeft tot uitgangspunt genomen dat voor de aanspraak van de gesubrogeerde zorgverzekeraar bepalend is tot welk vergoedingspercentage de causale verdeling en de ‘gewone’ billijkheidscorrectie leiden, waarbij de billijkheidscorrectie voor regresnemers tot een bijstelling van slechts beperkte omvang kan leiden ten opzichte van het vergoedingspercentage op basis van de causale verdeling. Het hof heeft een bijstelling naar 50% billijk geacht. De conclusie van de advocaat-generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep. Volgens de advocaat-generaal vindt de opvatting van de gesubrogeerde verzekeraar dat het vergoedingspercentage waarop zij in dergelijke gevallen aanspraak kan maken, in beginsel gelijk is aan het vergoedingspercentage van het verkeersslachtoffer zelf geen steun in het recht, omdat de gesubrogeerde verzekeraar dan ofwel de toepassing van de 50%-regel miskent ofwel miskent dat in regresverhoudingen het resultaat van de causale verdeling op grond van de billijkheid doorgaans slechts in beperkte mate kan worden bijgesteld (PS 2025-0205).

Literatuur
Hier vindt u het overzicht van de literatuur die sinds de vorige nieuwsbrief is verschenen.

L.M. van der Laan, annotatie JA bij ‘Rechtbank Noord-Nederland zp Leeuwarden 18 september 2024, nr. C/17/187807/ HA ZA 23-27, ECLI:NL:RBNNE:2024:3636’, JA 2025/52 (Aansprakelijkheid wegbeheerder. Slipgevaar. Bezwaarlijkheid maatregelen) 

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar ps-updates@boom.nl.

Met vriendelijke groet,

Ilona van der Zalm & Armin Vorsselman 
PS Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank