Strafrecht. Veroordeling voor poging tot doodslag en openlijke geweldpleging. Verdachte heeft het slachtoffer met een scherp, puntig voorwerp in de bovenarm gestoken, waarbij de bovenarmslagader werd doorgesneden. Het slachtoffer vordert vergoeding van materiële en immateriële schade. Toewijzing van reiskosten (€ 313,20), parkeerkosten (€ 225), ziekenhuisdaggeldvergoeding (€ 168) en beschadigde kleding (€ 250), alsmede de reeds verschenen schade wegens verlies aan arbeidsvermogen (€ 20.355). Ter zake de post ‘toekomstschade gedurende 2 jaar verlies arbeidsvermogen’ wordt benadeelde niet-ontvankelijk verklaard omdat deze post te ingewikkeld is om in het strafproces te behandelen. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat nog geen medische eindtoestand is bereikt en dat betrokkene enkele maanden na het voorval een eenmanszaak is gestart. Toewijzing van vergoeding voor immateriële schade: € 7.500.
Rechtbank Limburg (Locatie Maastricht), 19-04-2017