Een meisje van zes jaar wordt aangevallen door een hond en houdt daar enige verwondingen en angstgevoelens aan over. Haar moeder spreekt de bezitter van de hond aan op grond van artikel 6:179 BW (subsidiair artikel 6:162 BW) voor vergoeding van de materiële en immateriële schade. Het gevorderde, of althans een aanzienlijk deel daarvan, wordt door de kantonrechter toegewezen, waartegen de bezitter van de hond opkomt in hoger beroep. Centraal staat de waardering van het bewijs.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch (Locatie 's-Hertogenbosch), 19-01-2016